“Onze bossen moeten beschermd worden tegen het steeds harder wordende geluid van biomassacentrales.” Dat schreven 41 vooraanstaande wetenschappers in een brief aan de Environmental Protection Agency (EPA). Er moet een regelgevend systeem komen dat wetenschappelijk onderbouwd wordt, volgens de wetenschappers.
Elektriciteitscentrales zoeken naar alternatieven voor fossiele brandstoffen om elektriciteit te genereren. Sommige centrales gebruiken hierbij brandhout of andere plantaardige materialen. Dit wordt biomassa genoemd. Een argument voor deze vorm van het genereren van elektriciteit is dat bomen opnieuw blijven groeien.
Niet alle biomassa is echter hetzelfde. Bomen kunnen niet snel opnieuw groeien, zoals gras dat wel kan. Nieuwe onderzoeken tonen aan dat het verbranden van bomen tot meer uitstoot van koolstof leidt dan het jarenlang verbranden van steenkool. Bomen bevatten minder energie dan steenkool. Er moet veel meer van verbrand worden om dezelfde hoeveelheid energie te produceren.
Ook nemen bomen normaal gesproken veel koolstof op uit de atmosfeer wanneer zij er gewoon staan. Dit is anders wanneer ze geoogst worden voor brandstof. Bio-energie is volgens de wetenschappers niet klimaatneutraal. Het is volgens hen essentieel dat de EPA hier rekening mee houdt en kijkt naar wat de atmosfeer nodig heeft in verband met de koolstof.
De EPA moet volgens de wetenschappers daarom ook een methode ontwikkelen die wetenschappelijk verantwoord is en de impact van de kooldioxide-uitstoot bepaalt. Gekeken moet worden naar wat er gebeurd zou zijn met de koolstof als de bio-energie niet zou hebben bestaan op bepaalde plekken. Elektriciteitscentrales zijn goed voor 40% van de nationale koolstofsporen. Koolstofvervuiling van elektriciteitscentrales heeft dus een belangrijk aandeel in de opwarming van het klimaat.
Burning Trees for Energy Increases Carbon Pollution
Bron ©PiepVandaag.nl Jaimy Visser