Welbeschouwd lijkt het aardvarken een beetje bij elkaar geraapt, met zijn konijnenoren, varkenssnuit en kangoeroestaart. Ondanks zijn naam is hij geen familie van het varken. En hij eet wel mieren en termieten, maar is ook geen familie van de miereneter. Wat is dit schuwe, solitair levende en gelukkig niet bedreigde nachtdier dan wel?
Het aardvarken is dus geen varken. Hij is de enige nog levende vertegenwoordiger van de ‘buistandigen’, dieren met rechte, holle tanden gevuld met pulpa, die aan elkaar zijn verbonden met tandcement en die niet geglazuurd zijn. De buistandigen vallen samen met de aan hen verwante olifant, zeekoe, tendek en goudmol, onder de orde van Afrotheria. Dit zijn dieren die zich zo’n honderd miljoen jaar geleden in Afrika hebben ontwikkeld. Als subgroep behoort hij tot de stam van hoefdieren.
Een volwassen aardvarken is 1 tot 1,5 meter lang, en weegt 40 tot 65 kilo. Ze komen vrij veel voor, maar toch worden ze in het wild zelden waargenomen, mogelijk omdat ze overdag onder de grond blijven en zelden geluid maken.
Habitat van het aardvarken
Aardvarkens leven in sub-Sahara Afrika, van zuidelijk Egypte tot en met Kaap de Goede Hoop, in gebieden waar mieren en termieten voorkomen en waar zachte grond het hen mogelijk maakt holen te graven. Ze leven in bossen, struiken, op gras of op open savannes. Het aardvarken leeft niet in gebieden waar overstromingen voorkomen. Het aardvarken kan wel tot 30 kilometer afleggen naar een termietenheuvel als die zich ver van zijn hol bevindt.
Voor bescherming tegen onheil of slecht weer, graaft hij onderweg tijdelijke holen, bestaand uit een gang en een slaapruimte die wel op 6 meter diepte kan liggen. Met name vrouwelijke aardvarkens hebben ook een permanent hol, dat veel complexer in elkaar zit met meerdere gangen en kamers, aparte kuilen voor ontlasting en vele ingangen, die zijn afgeschermd en van een ventilatiegat voorzien. Aardvarkens zijn solitaire dieren, maar in deze holen kunnen wel twee of drie vrouwtjes wonen. Bovendien worden de holen nogal eens gebruikt door andere dieren, zoals aardwolven, vleermuizen, verschillende vogels en reptielen.
Met zijn korte poten en stevige klauwen kan het aardvarken graven als de beste. In tijden van nood en dreigend gevaar, graaft een aardvarken binnen vijf minuten een gang waarin hij helemaal verdwijnt. Wie doet hem dat na? Het is mogelijk omdat hij met zijn stevige, viertenige voorklauwen de grond open krabt, en tegelijkertijd met zijn vijftenige achterpoten de aarde uit het gat werkt. Op die manier kan hij in zeer korte tijd vele kubieke meters aarde verplaatsen. Zodra een aardvarken onraad ruikt, en het gevecht met een aanvaller niet kan winnen, kan hij dus razendsnel vluchten.
In onderstaande video van BBC Earth zijn de lange klauwen van het aardvarken goed te zien:
.
.
Voortplanting
Iedere twee jaar werpt een vrouwtjes aardvarken één jong, na een draagtijd van zeven maanden. Dit gebeurt altijd tijdens of rondom de regentijd, als er voldoende voedsel beschikbaar is om zowel moeder als jong te voeden. Na de geboorte blijft het kale en blinde jong twee weken ondergronds, daarna gaat het met moeder mee naar buiten om te leren hoe het moet overleven. Na zes maanden is de opleiding voltooid en vertrekt het jong uit het nest om zijn eigen hol te gaan graven. Een aardvarken wordt niet ouder dan 18-20 jaar.
Voedsel
Het aardvarken gaat zo’n twee uur na zonsondergang op zoek naar termietenheuvels. Zoals veel nachtdieren gebruikt hij hierbij niet zijn ogen, maar zijn uitstekende reuk- en hoorzin. Nadat hij een termietenheuvel heeft gevonden, maakt hij er met zijn voorpoot een gat in en steekt zijn lange, plakkerige tong naar binnen om termieten op te likken. Hij slikt ze direct door, waarna ze door de maagspier worden vemalen. Zo eet hij wel 50.000 termieten per nacht.
De beste plek om de termietenheuvel open te breken is aan de westzijde, door de laatste zonnewarmte zitten daar de meeste termieten bij elkaar. Bij een aanval proberen de termieten zich te verdedigen door giftige beten toe te dienen, en ondanks de dikke huid en afsluitbare neus van het aardvarken, waardoor hij daar redelijk tegen beschermd is, zorgt de tactiek er toch voor dat hij vertrekt voordat de heuvel ‘op’ is. Het aardvarken eet in het wild maar één soort groente, de dorstlessende ‘aardvarken komkommer’, mogelijk naar hem vernoemd omdat hij de belangrijkste zaadverspreider is.
Bedreigingen
Volgens de IUCN wordt het aardvarken niet in zijn voortbestaan bedreigd. Natuurlijke vijanden zijn de wilde hond, leeuwen, pythons en luipaarden, kleintjes kunnen nog wel eens worden aangevallen door een knobbelzwijn. Van mensen heeft hij voornamelijk te vrezen van boeren, die de holen en gaten gevaarlijk vinden voor henzelf, hun landbouwmachines en voor dijken langs rivierbeddingen.
Bronnen:
©AnimalsToday Laura Lancée