Een ruige dwergvleermuis (Pipistrellus nathusii) vloog dit jaar tijdens de vleermuizentrek van Rusland naar de Franse Alpen. Een recordvlucht van 2.415 kilometer, die misschien helemaal niet zo ongewoon is, zeggen experts. De reis van de vrouwelijke dwergvleermuis overtreft de vorige afstand die werd gehaald door een vleermuis van dezelfde soort, die in 2017 van Letland naar Spanje vloog: een reis van 2.226 kilometer.
De ruige dwergvleermuis is een kleine vleermuis, met een lengte van circa 5,5 centimeter en een spanwijdte van 23 tot 25 centimeter. Hij weegt 6 tot 15,5 gram. In de zomer heeft hij een rode tot kastanjebruine vacht, na de rui in juli/augustus een donkerbruine vacht. De onderzijde is lichtbruin en staart, oren en vleugels zijn bruinzwart gekleurd. Hij heeft korte, driehoekige oren met een afgeronde top.
Binnen Nederland is hij vooral te vinden in de kustprovincies. Het is een nachtdier dat vroeg in de avond uitvliegt, meestal langs rechte lijnen in het landschap zoals straten, wegen en vaarten, van de slaapplaats naar het jachtgebied. Hij jaagt zo’n vier tot vijftien meter boven de grond op middelgrote tot grote insecten.
Ruige dwergvleermuizen zijn uitgesproken trekkers. Vanaf augustus en september trekken ze van Oost-Europa richting Frankrijk, Zwitserland en het westen van Duitsland. Ze vertonen dus net als vogels trekgedrag. Uit ringonderzoek blijkt dat ze soms wel 2000 km trekken. Vrouwtjes trekken eerder dan mannetjes naar de overwinteringsgebieden. Ze vliegen snel, met diepe vleugelslagen. In april en mei trekken ze weer terug. Trek vindt hoog in de lucht plaats over een breed front.
In het voor- en najaar worden ze geregeld gevonden op olie- en gasplatforms in de Noordzee.
’s Zomers komen in ons land vooral mannetjes voor. De meeste wijfjes zitten dan elders, voor het overgrote deel in het oosten van Duitsland, Polen, de Baltische staten en Rusland. Daar worden ook de jongen geboren.
.
Recordvlucht
Juan Tomás Alcalde, voorzitter van de Spaanse Vereniging voor het behoud en onderzoek van vleermuizen in Madrid, die de vlucht van 2017 optekende:
“Wetenschappers wisten al dat ze honderden kilometers konden migreren, maar het nieuwe record suggereert dat deze ultralange reizen deel uitmaken van hun levenscyclus. Twee vleermuismigraties van meer dan 2.200 kilometer in dezelfde richting zijn geen toeval. Er is een populatie van deze soort die over zeer lange afstanden door Europa trekt.”
Jean-François Desmet, een Franse ecoloog, werd nieuwsgierig toen hij hoorde van een dode vleermuis die een aantal jaren geleden werd gevonden in een watertank in de buurt van een dorp in de Franse Alpen. Het diertje was uitgerust met een kleine aluminium ring waarop het woord ‘Rusland’ was gestempeld met daarbij een nummer. Desmet zocht contact met Denis Vasenkov, onderzoeker van de Russische Academie van Wetenschappen die het dier geringd had. Zowel Vasenkov als Desmet en Alcade denken dat deze vleermuizensoort nog grotere afstanden aflegt dan tot nu toe werd geregistreerd.
Migratieroutes niet goed bekend
Vleermuismigraties zijn lange tijd bestudeerd, maar informatie over dit fenomeen komt langzaam binnen en de migratieroutes zijn niet volledig bekend. De belangstelling voor vleermuismigratie is de afgelopen decennia snel gegroeid, en dit is vooral te danken aan de ontwikkeling van windparken. Windturbines veroorzaken namelijk grote aantallen vleermuisdoden. Kennis van migratieroutes is dan ook belangrijk om de locatie van nieuwe windparken te plannen en maatregelen te nemen.
Van de ongeveer 1.500 vleermuizen die Vasenkov de afgelopen 20 jaar heeft gevangen en geringd, is dit opmerkelijke vrouwtje de enige die zo ver weg is gevonden en is teruggekeerd:
“Het was heel opwindend nieuws. We hebben het verschillende keren op kaarten gecontroleerd omdat het moeilijk te geloven was, ondanks het feit dat we wisten dat lange migraties gebruikelijk zijn voor deze soort.”
Bronnen:
Walvissen ondervinden ernstige bedreigingen op hun trekroutes
©AnimalsToday.nl Marianne Miltenburg