Een groep van 14 orang-oetans is deze week vanuit Thailand teruggebracht naar Indonesië, van waaruit ze als baby gesmokkeld waren om in Phuket vakantiegangers te vermaken. De dieren zullen op Borneo een nieuwe toekomst krijgen.

orang-oetans
Eén van de geredde orang-oetans | Foto via: @EdwinWiek/Twitter

Twaalf van de apen waren als baby weggehaald uit de bossen van Indonesië om te dienen voor de  toeristenindustrie in het populaire vakantieoord Phuket. Ze moesten optreden in circussen en nachtclubs. Zeven jaar geleden redde de politie de dieren, waarna ze opgevangen werden in Ratchaburi, niet ver van Bangkok. Daar werden er nog 2 orang-oetans geboren.

Te laat
De Nederlander Edwin Wiek, directeur van de Wildlife Friends Foundation Thailand (WFFT), was nauw betrokken bij de terugreis naar Indonesië:

“De dieren waren nog baby’s toen ze hier terechtkwamen, we hadden ze onmiddellijk moeten terugsturen. Nu is het te laat voor hen om in de natuur te overleven.”

Op Twitter versloeg Wiek de reis van de orang-oetans:

Quarantaine
Voor de orang-oetans verliep de reis vlekkeloos. De dieren gaan voor een periode van 60 dagen in quarantaine in een safaripark in Jakarta, waarna ze naar een groot opvangcentrum gebracht worden op Borneo. Daar zullen ze deel gaan uitmaken van een groep van zo’n 2000 soortgenoten die niet meer terug kunnen naar het wild, maar op Borneo wel in een natuurlijke omgeving de rest van hun leven mogen doorbrengen.

Bedreigd
De smokkel van mensapen is slechts één van de bedreigingen die deze diersoorten moeten ondergaan. Het voortbestaan van orang-oetans wordt ernstig bedreigd omdat steeds meer van hun leefgebied verdwijnt door de aanleg van palmolieplantages, en door confrontaties met boeren die vaak uitlopen op de dood van orang-oetans. De recente, bewust aangestoken bosbranden op Borneo en Sumatra zijn ook een gevolg van de palmolie-industrie. Grote delen bos zijn hierdoor verwoest, waarna in het gebied nog meer plantages verschijnen.

Bron ©PiepVandaag.nl Bart van Riel