Voor het eerst in tijdens een onderzoeksperiode van 10 jaar tijd waren ‘stadse’ vogels in 2012 beter bestand tegen de winterse kou en nattigheid dan hun soortgenoten in het bos. 

Pimpelmees - stadsvogels
Pimpelmees | Foto: Wikimedia Commons

Dit blijkt uit een onderzoek van de Anglia Ruskin University. Hieron werden de koolmees en de pimpelmees levend in bos vergeleken met die levend in Cambridge, een stad in Groot-Brittannië.

Stads voordeel

Het onderzoek laat zien dat vogels die in de stad leven beter kunnen omgaan met de effecten van extreme weersomstandigheden dan die leven in het bos. Eén van de belangrijkste oorzaken hiervan is voedselaanbod. Stadse vogels zijn minder kieskeurig en daardoor minder afhankelijk van één voedselbron, zoals rupsen. In tegenstelling tot de mezen die in bosrijke gebieden leven, waar rupsen voornaamste voedselbron zijn. Tijdens koude winters hebben rupsen natuurlijk meer te lijden  en zullen er minder zijn dan wanneer winters mild zijn.

Voortplanting

Ook met betrekking tot voortplanting zijn stadsvogels in het voordeel. Het broedseizoen van zowel koolmees als pimpelmees in het bos is korter dan die van hun stadse soortgenoten.

De onderzoekers vergeleken de broedresultaten van vogels in het Brampton Wood Nature Reserve, een typisch Brits bosgebied met de broedresultaten van vogels levend in het centrum van Cambridge. Zij concludeerden dat mezen in het bosgebied ook nog eens minder eieren legden en minder jongen vlogen uit. Opvallend is het feit dat kuikens in bosgebieden er tweemaal langer over doen om uit het ei te komen dan stadse kuikens (32 om 17 dagen!).

Overigens was volgens de British Trust for Ornithology (BTO) 2012 één van de slechtste broedjaren ooit.

Dr. Nancy Harrison van de Anglia Ruskin University zegt concluderend:

“Als wij koudere winters krijgen dan vroeger door de klimaatverandering, zullen vogels die in de stad leven in het voordeel zijn.”

Bron ©PiepVandaag.nl Walter Eijndhoven