Vorige week was het Wereldproefdierendag. De discussie over het nut van dierproeven is op zijn zachtst gezegd beladen. Dat dierenbeschermers zich tomeloos inzetten tegen zaken als bijvoorbeeld stroperij, malafide hondenhandel, dierverwaarlozing of zwerfhondenleed, vindt men een goede zaak. Maar dierenbeschermers die zich inzetten om een einde te maken aan dierproeven? Dat ligt dan toch ineens stukken gevoeliger. Een karakteristieke reactie: “Fijn dat er zo voor dieren wordt gestreden, maar mensen zijn ook belangrijk. Wat als je ziek wordt of nog erger, je kind wordt ziek. Dan wil je terug kunnen vallen op medicijnen én die moeten getest worden… Op dieren.”

Muis - dierproeven
Foto: be_khe via photopin cc

Klinkt voor veel mensen niet onredelijk, ware het niet dat die stelling hartstikke mank gaat. Het overgrote deel van de dierproeven die op dit moment worden uitgevoerd zijn namelijk compleet overbodig. Waarom? Allereerst is het belangrijk te benadrukken dat het gros van de dierproeven niets van doen heeft met ontwikkeling van medicijnen of bevordering van onze gezondheid en de allerbelangrijkste en meest voor de hand liggende reden: Dieren zitten simpelweg anders in elkaar en werken ook heel anders dan wij mensen, vertaling van resultaten naar een werkelijkheid zijn er dus niet.

Schrijnend is dat er alternatieven zijn zonder dierenleed en met wellicht eerlijkere, betrouwbare resultaten, waar geen tijd, energie en vooral geld in wordt geïnvesteerd.

Ook zoiets bijzonders is dat voor bepaalde nieuwe geneesmiddelen in de EU het verplicht is ze aan muizen toe te dienen gedurende twee jaar. Doel is te controleren of de muizen er kanker van krijgen. Maar als de dieren er dan daadwerkelijk tumoren van krijgen negeren de geneesmiddelenautoriteiten de uitslag omdat al sinds 1997 bekend is dat de resultaten totaal onbetrouwbaar zijn. Toch worden de proeven uitgevoerd omdat de autoriteiten van de VS, Japan en Europa het niet eens kunnen worden over de afschaffing van de gruwelijke experimenten. [NRC]

Wat overblijft is deze trieste realiteit van onze ‘moderne tijd’:

In 2012 werden in Nederland 589.056 dierproeven uitgevoerd. Daarvan diende slechts 34,6% voor de ontwikkeling, productie of controle van geneesmiddelen en medische of veterinaire producten.

Het aantal dierproeven voor giftigheidsonderzoek steeg dat jaar van 57% tot 65%.

De meeste proeven werden in 2012 op muizen 271.936; ratten 138.467; vogels 90.934; vissen 32.432; varkens 16.935; en konijnen 10.313 uitgevoerd.

In datzelfde jaar ondervonden 20.565 dieren ernstige pijn of lijden door een proef, vooral muizen (15.870).

In 2012 is het aantal dierproeven waarbij de dieren zeer ernstig pijn hebben of lijden gestegen tot 731 dieren. [Rijksoverheid.nl]

Onzinnig

Als ik dan de dag voor Wereldproefdierendag het volgende bericht lees kan ik echt alleen maar heel boos worden.

“Pijn beperkt alleen vrouwtjesmuizen bij seks”

Nieuw wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat vrouwtjesmuizen minder seksuele activiteit vertonen als ze pijn hebben, maar mannetjes niet. Als vrouwtjesmuizen een pijnlijke ontsteking hebben, nemen ze minder vaak het initiatief tot seks dan normaal.

De seksdrive van mannetjes vermindert bij dezelfde klachten niet of nauwelijks.

De muizen werden om beurten geïnjecteerd met stoffen die deze pijnlijke ontstekingen veroorzaakten om dit revolutionaire experiment te kunnen doen. [NU.nl]

Dit is inderdaad baanbrekend werk.

Wat een ongelofelijke onzinnigheid! En daarbij waarom kan dat niet op een andere manier onderzocht worden als het zo belangrijk is. Doe een survey. Vraag het mensen gewoon. Zojuist een rondje gebeld. Geen van mijn vriendinnen heeft zin in seks als ze pijn hebben. Ik ook niet trouwens. Ga zo dadelijk de mannen even bellen. En nou hoor ik iedereen zeggen dat is natuurlijk totaal geen betrouwbaar onderzoek een beetje rondbellen. Maar zoals eerder gezegd de meeste onderzoeken met dieren zijn niet betrouwbaar als je de resultaten naar mensen wilt vertalen. En/of zoals hierboven volstrekt onethisch.

Roos Vonk verwoorde het vorig jaar mooi in haar column:

Er zijn twee mogelijkheden: Ofwel dieren lijken niet op mensen; dit betekent dat dierproeven voor de mens weinig waarde hebben. Ofwel dieren lijken genoeg op mensen om geschikt te zijn voor het testen van theorieën over mensen; in dit geval kun je niet uitsluiten dat dieren ook kunnen voelen en lijden net als mensen, en is er dus geen enkele rechtvaardiging om dieren dingen aan te doen die we ook nooit bij mensen zouden doen. [Uit Roos Vonk: Proefdieren]

Haak ik weer even terug op onze ‘moderne tijd’.

Uiteindelijk werden er in 2012 volgens de Rijksoverheid 502.861 (85%) dieren gedood na de proef. Tel daar de dieren die gefokt werden maar ‘waardeloos‘ bleken en dus ook werden gedood bij op en we hebben het over meer dan 1 miljoen dieren, alleen al in Nederland.

Wat overblijft is mijn intense dank uitspreken naar de organisaties die zich inzetten deze gruwelijkheden te minimaliseren en uiteindelijk tot een einde te brengen. Een wereld zonder dierproeven is echt zeer realistisch en o zo wenselijk!

GAIA TV – Dierproeven animatie