Een demonstratie van Fur Free South Africa markeerde afgelopen zondag in Johannesburg het begin van de jaarlijkse bloedige jacht op Kaapse pelsrobbenpups in Namibië. Tussen juli en november zullen naar verwachting 85.000 nog zogende pups doodgeknuppeld worden voor hun bont, maar ook om verwerkt te worden in Aziatische energiedrankjes.

pelsrobbenjacht
Kaapse pelsrobben | Foto: Jean & Nathalie/Wikimedia

Volgens Fur Free SA wordt de robbenjacht door het Namibische ministerie van Visserij toegestaan en staat de Kaapse pelsrob ondanks zijn beschermde status op de lijst van bejaagbare diersoorten. Vorig jaar zouden er ‘slechts’ 26.000 pups gedood zijn, ruim onder het quotum van 80.000. Maar voor het nu begonnen seizoen 2015 is dus weer een forse stijging mogelijk. Naar verwachting worden in ieder geval 6000 dieren geslacht voor hun penissen, die verwerkt worden in Aziatische ‘opwekkende’ drankjes.

‘Opbrengst uit zee’
Namibië verdient goed aan de pelsrobbenjacht, en dat is ook officieel de reden die het ministerie van Visserij opgeeft om de jacht toe te staan:

“De robben worden beschouwd als een ‘opbrengst uit zee’ waarmee de overheid op een duurzame manier de economie kan stimuleren.”

De jacht zelf vindt vooral plaats door laag- of ongeschoolde seizoenarbeiders, afkomstig uit arme families.

Ban
De Kaapse pelsrob komt ook in Zuid-Afrika voor, maar dat land stopte in de jaren ’90 met de jacht. Samen met de Europese Unie, de Verenigde Staten en Mexico sloot het zich aan bij de ban op de verkoop van zeehondenbont en dierproducten. Samen met Canada is Namibië het enige land waar de pelsjacht nog op deze grote schaal voorkomt.

Door de afnemende vraag op de wereldmarkt maakte onlangs de laatste Noorse zeehondenjager bekend ermee te stoppen, omdat de jacht na het staken van de Noorse subsidie niet meer rendabel was.

Bron ©PiepVandaag.nl Bart van Riel