De Partij voor de Dieren Noord-Brabant is blij met het besluit van Gedeputeerde Van den Hout om de ontheffing voor het doden van watervogels per vandaag op te schorten. Eerder deze week vroeg de statenfractie het college om een verbod op het schieten op dieren in verband met de winterse omstandigheden. Het ‘officiële jachtseizoen’ liep 31 januari ten einde maar er mochten nog wel dieren gedood worden die volgens de overheid overlast kunnen veroorzaken, zoals ganzen, smienten en knobbelzwanen. Daar is nu tot nader order een einde aan gemaakt. Het doden van reeën gaat echter gewoon door.
Statenlid Marco van der Wel: “Wij zijn blij dat het college met ons van mening is dat de watervogels nu al helemaal geen kans hebben tegen jagers. Door het ijs en de sneeuw kunnen ze zeer moeilijk aan voedsel en water komen of zich verschuilen. Worden ze opgeschrikt door jagers dan kost dat hen en de andere dieren in de omgeving bovendien veel energie. Deze energie hebben alle dieren nu hard nodig om te overleven. Dat de provincie niet voor een algeheel verbod heeft gekozen vinden wij onbegrijpelijk. Ook reeën hebben het zwaar in dit weer. Overigens vindt de Partij voor de Dieren dat er diervriendelijke maatregelen moeten worden genomen bij schade aan gewassen en dat daarvoor geen dieren gedood mogen worden. “
De Partij voor de Dieren riep onder andere in Gelderland, Groningen en Zuid-Holland het college op om de dieren met rust te laten vanwege het strenge winterweer. In Zuid-Holland werd eerder deze week een gedeeltelijk verbod ingesteld.
Bron: Partij voor de Dieren