Het aantal uitbraken van Afrikaanse varkenspest bij gehouden varkens en wilde zwijnen in Europa is in 2021 gestegen in vergelijking met het jaar daarvoor. De virusziekte is niet tot staan te brengen.

Opmars Afrikaanse varkenspest niet te stuiten
De opmars Afrikaanse varkenspest lijkt niet te stuiten | Foto: publiek domein

Afrikaanse varkenspest (AVP) is een besmettelijke virusziekte bij gedomesticeerde varkens en andere varkensachtigen, zoals het wrattenzwijn en het boszwijn. Het is een van de internationaal aangifteplichtige ziekten. Het virus is nauw verwant aan de pestivirussen die verantwoordelijk zijn voor virale diarree bij runderen en border disease bij schapen. Het AVP-virus verspreidt zich sneller dan de klassieke varkenspest.

Opmars Afrikaanse varkenspest niet te stuiten
Biggetjes bij moedervarken in kraamkooi | Foto: publiek domein

Gevaar epidemie bij hoge veedichtheid

De ziekte komt oorspronkelijk uit Afrika en is sinds 2007 bezig aan een opmars richting de Europese Unie. Naast Azië, zijn vooral in Polen en Roemenië veel uitbraken. In september 2020 is het eerste geval van de ziekte in Duitsland ontdekt bij wilde zwijnen en sindsdien blijft het aantal oplopen.
Ook de veehouderijen blijven niet gespaard: De eerste gevallen werden in juli 2021 bekendgemaakt.
Op dit moment is de ziekte een bedreiging voor Nederland. Treedt de ziekte toch op, dan worden alle varkens binnen een straal van een kilometer van een besmet bedrijf gedood en vernietigd. Door het grote aantal varkens in Nederland, zo’n dertien miljoen in totaal, loopt dat al snel in de honderdduizenden.

Met een hoge veedichtheid, waarbij dieren in stallen dicht op elkaar en vaak op grote schaal gehouden worden, is Nederland erg vatbaar voor dierziekten. In de jaren 1997/98 was er in ons land een verwoestende epidemie met in totaal 429 uitbraken van de klassieke varkenspest op varkenshouderijen, wat leidde tot het doden van meer dan 12 miljoen varkens. Nu, 22 jaar later, dreigt een uitbraak van de veel dodelijkere Afrikaanse variant.

Jagers vormen een risico op verspreiding van de Afrikaanse varkenspest | Foto: publiek domein

Jacht op wilde zwijnen onzinnig

De Afrikaanse varkenspest is een grote bedreiging voor de economie en wilde dieren zijn daar de dupe van. Jacht op wilde zwijnen is niet het antwoord en bovendien bestaat het risico dat jagers zelf zorgen voor verdere verspreiding van het virus. Prof. dr. dr. Sven Herzog, universitair docent wildecologie en jachtmanagement aan de Technische Universiteit van Dresden:

”Massale jachtdruk verhindert de verspreiding niet en helpt ook niet om een ​​epidemische hotspot in te dammen. Wat zeker is, is dat het risico dat de AVP Centraal-Europa binnenkomt momenteel hoog is. Het is echter ook juist dat deze invoer naar alle waarschijnlijkheid niet veroorzaakt zal worden door wilde zwijnen, maar door besmette vleesproducten, dus door mensen. Autosnelwegparkeerplaatsen zijn hier de voorbestemde toegangspoorten.”

Besmetting met Afrikaanse varkenspest

Besmetting kan plaatsvinden door direct contact tussen varkens of zwijnen, maar ook bijvoorbeeld via zachte teken in (sub)tropische regio’s, via besmette materialen of besmet voer. Het grootste risico op verspreiding komt van mensen en voertuigen die het virus over grotere afstanden kunnen meedragen. In Wallonië, Tsjechië, Polen en Hongarije werd de ziekte recent binnengebracht door menselijk toedoen. AVP kan maanden tot zelfs een jaar overleven in karkassen van besmette everzwijnen en bloed. Een besmet karkas of bloedsporen die achterblijven na de jacht kunnen dus nog lange tijd besmettingsgevaar opleveren. In varkensvlees, vleesproducten en slachtafval kan het virus na enkele maanden nog actief zijn en in bevroren vlees zelfs enkele jaren. Het is niet bekend of het AVP-virus ook via de lucht verspreid kan worden. Huisdieren en ongedierte kunnen het virus verslepen.
.

Afrikaanse varkenspest slaat weer toe in Duitsland

Preventie

Herzog heeft een aantal tips om verspreiding te voorkomen:

“De belangrijkste preventieve maatregel op dit moment is dus waarschijnlijk een voor wilde zwijnen ondoordringbare afrastering van de parkeerplaatsen langs de snelweg, zo mogelijk in combinatie met het regelmatig (’s avonds!) legen van de prullenbakken en het intensief opruimen van voedselresten van de parkeerplaatsen. De kwestie van stalhygiëne in de landbouw is net zo belangrijk. Het betreden van stallen met mogelijk besmette schoenen moet worden vermeden als een belangrijke potentiële bron van infectie.”

Ook dr. Klaus Depner, professor epidemiologie, pleit voor een totaalverbod op everzwijnjacht bij een uitbraak van Afrikaanse Varkenspest:

“Het risico op verspreiding via jachtpraktijken is gewoonweg te hoog. Bovendien veroorzaakt de jacht een hogere mobiliteit van everzwijnen: drijfjachten zorgen dat mogelijk besmette dieren zich verder gaan verspreiden in het landschap en zo in contact komen met landbouwdieren. Hij roept op tot ‘rust in het bos’ om de verspreiding van Afrikaanse varkenspest tegen te gaan.”

De rol van de jager ligt dus niet in het tegen elke prijs bestrijden van wilde zwijnen, maar in het vroegtijdig opsporen van besmettingen. En terwijl boeren zich druk maken over schade door ganzen en wolven, rukt een stille moordenaar bijna ongemerkt op: de Afrikaanse varkenspest.
.

Kwart van alle varkens wereldwijd krijgt varkenspest

Varkensdichtheid

In Nederland leven doorlopend zo’n dertien miljoen varkens. Vleesvarkens worden na een half jaar geslacht en zeugen na drie jaar, dus jaarlijks houden we ongeveer 25 miljoen varkens. De bezettingsgraad in veel stallen is hoog, met duizenden dieren dicht op elkaar. In provincies met veel varkens, staan verschillende stallen ook nog eens heel dicht bij elkaar. Als morgen in een Brabantse stal AVP geconstateerd wordt, zijn niet alleen die dieren daar de klos, maar waarschijnlijk ook duizenden dieren in de omgeving. De sterftecijfers lopen snel in de tienduizenden en de kans op verspreiding is bij zo’n hoge ‘varkensdichtheid’ aanzienlijk.
.

Varkens gedood na uitbraak Afrikaanse varkenspest in China

Gevaarlijke transporten

Het wereldwijd verslepen en verschepen van varkens en varkensvlees vormt een groot risico voor de verspreiding van AVP. Jaarlijks vervoeren we vanuit Nederland honderdduizenden levende varkens, met name biggen, naar het buitenland. Vrachtwagens vol biggetjes rijden naar landen als Roemenië, Hongarije en Kroatië, waar ze tot vleesvarken worden vetgemest – dat is daar goedkoper dan hier. In die landen is de AVP al uitgebroken. Het virus kan op autobanden of via de kleding van een chauffeur meeliften naar Nederland en zich hier vermenigvuldigen. De enige echte oplossing, het stoppen met vee- en vleestransporten, wordt vanwege financiële belangen niet uitgevoerd.

Bronnen:

Karen’s blog: Levende varkens op transport naar China

©AnimalsToday.nl Marianne Miltenburg