Nesteldrang weerhoudt ooievaarsparen er niet van om met hun leven (en dat van hun jongen) te spelen: de ooievaars bouwen nesten op snelwegportalen (constructies met verkeersinformatie) boven de A28 bij Staphorst, de A32 bij Meppel of op een hoogspanningsmast iets verderop. Dat doen ze nu eenmaal al jaren. Maar waarom dáár?

Nestelende ooievaarsparen boven de snelweg zijn geen uitzondering | Foto (A2 bij Waardenburg 2022): screenshot video SRC TV/YouTube

Ook boven de A1 bij Apeldoorn en de A2 tussen Waardenburg en knooppunt Deil werden dergelijke nesten gesignaleerd. Terwijl het verkeer met een gangetje van zeker 100 kilometer per uur – en in de avonduren nog harder – onder hen door raast, zijn een paar ooievaars bezig met het bouwen van een nest op een portaal boven de snelweg.

Langste adem

Ooievaarkoppels drijven Rijkswaterstaat ’tot wanhoop’. Ooievaars bouwden in 2020 nesten boven de A28 bij Staphorst en boven het spoor; allemaal plekken waar ze niet echt welkom zijn. Keer op keer werden de nesten weggehaald. En keer op keer bouwden ze gewoon weer een nieuw. Wie heeft de langste adem: de ooievaars of de wegbeheerder?
.

Ooievaars bouwen nest op bovenleiding van treinspoor in Hoogeveen

.
ProRail maakte als eerste kennis met het ooievaarsstel. De dieren zagen een portaal boven het spoor bij Staphorst als dé droomlocatie voor hun eerste ‘nestje’. ProRail was minder enthousiast en haalde het weg. De ooievaars verhuisden naar een nieuw spoorportaal, een paar meter verderop. Toen ook dat nest werd weggehaald, leken ze de hint te begrijpen: spoorportalen zijn verboden gebied voor nestelende ooievaars.

En dus verhuisden ze naar de A32, vlakbij Meppel. Nest nummer drie bouwden ze op een portaal boven de snelweg. Dat beviel prima. Helaas zat ook hier Rijkswaterstaat niet te wachten op de dieren. Weg nest. Maar ooievaars laten zich niet zo makkelijk wegjagen en ze begonnen keer op keer aan een nieuw nest. De wegbeheerder nam maatregelen en plaatste metalen pinnen op het portaal. De ooievaars, niet meer geïnteresseerd in die specifieke locatie, streken twee portalen verderop neer. Weer werden er stalen pinnen geplaatst.

Ooievaarskoppel | Foto: screenshot video SRC TV/YouTube

Nu woont het koppel weer op een prachtig portaaltje boven de A28 bij Staphorst, met uitzicht over de velden. Volgens ooievaarkenner en gepensioneerd dierenarts Joop Koopman uit Lent komt het vaker voor dat dit soort plekken gebruikt wordt voor nesten. Hij snapt die keuze boven de snelweg dan ook wel:

“Ooievaars houden van drukte en van mensen.”

.

Ooievaarsparen onder hoogspanning

In het Gelderse Rossum vinden ooievaars de plaatselijke elektriciteitsmast een zeer aantrekkelijke plek. En ook daar keren ze ieder jaar weer terug. De ooievaars in de masten zijn onderdeel van de ooievaarskolonie bij het buitenstation Ons Genoegen in Rossum. Meer dan dertig jaar geleden begonnen Dirk en Karin Lips het station om ooievaars in de natuur te helpen. Inmiddels hebben de vogels zich gestaag verspreid over de regio.

De ooievaar

Van de 17 soorten ooievaars die wereldwijd bekend zijn, broedt alleen de witte ooievaar in Nederland. De Nederlandse ooievaars trekken in de winter deels weg naar Zuid-Europa en West-Afrika, maar minstens een vijfde overwintert in eigen land. De trekvogels keren vanaf februari terug en vertrekken weer vanaf augustus. Ooievaars hebben één legsel per jaar in april, met per nest 3-5 eieren die 33-34 dagen worden bebroed.

Ooievaars doen opnieuw aan kamikazeacties boven snelweg
Parende ooievaars | Foto: publiek domein

Vrije aanvliegroute

Vanuit de ooievaar gezien, is een dergelijke hoge huisvesting verklaarbaar. Ecoloog Volbeda:

“Het voordeel van de portalen is dat ze hoog zijn. Ze hebben uitzicht op de omliggende landerijen en ze hebben een vrije aanvliegroute.”

Onderstaande reportage is gefilmd bij Waardenburg. Daar was vorig jaar een portaal boven de A2 favoriet. Toen is het weggehaald, maar de kans dat ze terugkeren is heel groot gebleken. Als ze maar goed op het verkeer blijven letten.
.

.
Bronnen:

Rouwende zwaan gered van drukke spoorlijn

©AnimalsToday Marianne Miltenburg