Ondanks recente aandacht voor proefdiervrij onderzoek, vinden Nederlanders zichzelf nog slecht op de hoogte als het aankomt op proefdiergebruik. Vijf jaar na het belevingsonderzoek van Intomart GfK bv is dit de conclusie die getrokken kan worden uit recent kennisonderzoek van Proefdiervrij onder 1.000 representatieve Nederlanders. Het onderwerp dierproeven leeft onder Nederlanders maar door gebrek aan transparantie over dierproeven blijft kennis uit. Volgens Proefdiervrij is deze transparantie vanuit de overheid, wetenschap en bedrijfsleven hiervoor van essentieel belang. Uit het onderzoek blijkt verder dat mannen coulanter zijn ten opzichte van dierproeven en dat men de overheid verantwoordelijk houdt voor het terugdringen van het aantal dierproeven.

proefdieren dierproeven
Foto: PETA

Hoogopgeleide dierenvriend onderschat aantal dierproeven
Slechts 6% van de Nederlanders vindt zichzelf goed op de hoogte van het aantal dierproeven, zo blijkt uit het onderzoek van Proefdiervrij. Op de vraag hoeveel dierproeven er jaarlijks in Nederland worden uitgevoerd zit de gemiddelde Nederlander 175.000 proeven boven het daadwerkelijke aantal. Opvallend is dat hoogopgeleiden het aantal dierproeven veel lager inschatten dan laagopgeleiden, 135.526 versus 2.279.110 dierproeven. Hoogopgeleiden geven echter wel dubbel zo vaak aan op de hoogte te zijn van middelen om dierproeven te verminderen. Er zit daarnaast een significant verschil tussen de schatting van mensen met een huisdier ten opzichte van mensen zonder huisdier; de eerste groep schat het aantal dierproeven op 88.575 versus 1.453.389 de tweede groep. Volgens recente cijfers van de NVWA is het aantal dierproeven dit jaar 526.593.

Proefdieren: onbekend, maar niet onbemind
Ondanks de missende kennis over de feiten heeft de Nederlander een duidelijke visie als het aankomt op dierproeven en het verminderen van dit aantal. Er is voor alle mogelijke doelen van proefdiergebruik geen meerderheid onder de Nederlanders te vinden die dat acceptabel vinden. Zo vindt het overgrote deel van de ondervraagden (70%) dierproeven (zeer) onacceptabel voor onderzoek naar de veiligheid van chemicaliën en schoonmaakproducten. Ook voor het testen van cosmetica en beautyproducten willen zij geen dierproeven meer (73%). Het enige doel waarvoor een forse groep Nederlanders (48%) dierproeven wel acceptabel vindt, is onderzoek naar ziekten en geneesmiddelen.

dierproeven
Figuur 1: In hoeverre vindt u het houden van dierproeven acceptabel?

Welke wet?
Dat het merendeel van de Nederlanders kennis mist over proefdiergebruik, blijkt ook uit hun mening over het testen van cosmetica en beautyproducten. Zij keuren het gebruik van proefdieren daarbij in grote meerderheid af. Sinds 11 maart 2013 is de wet Europese test- en handelsverbod op diergeteste cosmetica van kracht. Dit betekent dat er in Europa geen diergeteste cosmetica verkocht of verhandeld mag worden. Ruim de helft van de ondervraagden (56%) zegt hier niet van op de hoogte te zijn. Ruim één derde van de bevolking let er bij het boodschappen doen op geen producten te kopen waar dierproeven mee gemoeid zijn; dit zijn met name vrouwen, ouderen en mensen die geen vlees eten.

Pingpong tussen overheid en wetenschap
In het onderzoek van Proefdiervrij komt duidelijk naar voren dat bijna de helft (46%) van de respondenten vindt dat de overheid verantwoordelijk is voor het terugdringen van het aantal dierproeven. Een even grote groep vindt vervolgens wel dat het uiteindelijk de wetenschap is die het beste in staat is om proefdiervrij onderzoek te ontwikkelen. Dit om zodanig dierproeven te verminderen en uiteindelijk te kunnen uitbannen. Drie op de tien vindt de ontwikkeling van proefdiervrije technieken hiervoor de beste manier, gevolgd door uitgebreidere internationale samenwerking. De bekendheid over de middelen om het gebruik van minder dierproeven te bewerkstellingen is daarentegen laag. Ongeveer een kwart is bekend met computersimulaties en/of onderzoek op gekweekt weefsel.

proefdieren
Figuur 2: Wat is volgens u de beste manier om het proefdiergebruik te verminderen?

Structurele veranderingen noodzakelijk
Het onderzoek wijst uit dat de emotionele betrokkenheid groot is, maar dat de feitelijke kennis onder de Nederlandse bevolking mist. Vooral groepen waarvan op het eerste gezicht gedacht zou kunnen worden dat zij op de hoogte zouden zijn (huisdierbezitters, hoogopgeleiden, etc.) blijken een behoorlijke kennisachterstand te hebben. Marja Zuidgeest, directeur Proefdiervrij:

“Proefdiervrij zet zich in voor een toekomst zonder proefdieren en stimuleert onderzoek naar nieuwe middelen om dit uiteindelijk mogelijk te maken. Het is echter van belang dat overheid, het bedrijfsleven en de wetenschap transparant en open communiceren over proefdiergebruik. Daarnaast moet er een grotere focus komen op de ontwikkeling van proefdiervrije methoden. Gezamenlijk kunnen we dit doel realiseren.”

Over Stichting Proefdiervrij
Stichting Proefdiervrij zet zich in voor een toekomst zonder proefdieren. Proefdiervrije technieken bestaan en er komen er steeds meer. Stichting Proefdiervrij helpt wetenschappers, ondernemers en de overheid bij de ontwikkeling van die nieuwe technieken. Door voorlichting te geven, partnerschappen aan te gaan en samen over proefdiervrije oplossingen na te denken.

Persbericht Proefdiervrij