Nergens anders in Europa vinden we zoveel ganzen als in Nederland, zo blijkt uit de jaarlijkse Vogelbalans van Sovon Vogelonderzoek Nederland. Ganzen vinden bij ons een ideale leefomgeving, ondanks huidige maatregelen om de ganzen in aantal te verminderen en te verjagen.
Ganzen wisten in de afgelopen decennia als geen andere soortgroep in te spelen op de intensivering van de landbouw en profiteerden in veel landen tegelijk van betere bescherming. Sovon presenteert de volledige Vogelbalans op 30 november op de Landelijke Dag in Ede.
Twee miljoen
In de winter bezoeken tegenwoordig zo’n 2,1 miljoen ganzen ons land. Friesland is de ganzen-provincie bij uitstek. Grote concentraties vinden we ook in het westen van het land en in het rivierengebied. De aantallen van de meeste soorten namen in de afgelopen decennia sterk toe en een aantal soorten komt eerder of vertrekt later in de winter. Ook soorten die in Nederland broeden, breiden zich in snel tempo verder uit. Het aantal ‘zomerganzen‘ bedroeg in 2012 naar schatting ongeveer 600.000, waarvan driekwart grauwe ganzen.
Plafond in zicht?
Veel overwinterende ganzen laten geen duidelijke toename van aantallen meer zien. Sommige soorten komen bovendien met steeds minder jongen uit de Arctische broedgebieden terug, wat een indicatie is dat de aantallen daar door natuurlijke omstandigheden worden gereguleerd. Voor de grauwe gans en de brandgans gaat dit verhaal echter niet op. Daarvan nemen de aantallen in de winter nog steeds toe. Vooralsnog zijn er geen aanwijzingen dat aan de toename van beide soorten een eind komt. Bij de grauwe gans wordt de toename vooral gevoed door de groei van de Nederlandse broedpopulatie.
Maatregelen
Ganzen worden in toenemende mate als probleemvogel beschouwd. Vooralsnog is het beleid dat werd ingezet om de schade die de landbouw oploopt te beperken niet succesvol. Alleen al in 2010/11 werden in Nederland ten minste 187.000 ganzen geschoten. Bijna driekwart daarvan betrof grauwe ganzen. Het leidde niet tot een afname van aantallen. De verjaging die met behulp van afschot vanaf de winter van 2005/06 werd gestart om ganzen naar aangewezen opvanggebieden te verdrijven, blijkt niet effectief. Ganzen laten zich in hun gebiedskeuze vooral door de beschikbaarheid van voedsel leiden.
Ideaal landschap
Nederland blijft ondanks de huidige maatregelen een ideaal land voor broedende ganzen: overal natte gebieden met veilige broedeilanden en kwalitatief hoogwaardig voedsel om de hoek. Uitbreiding van natte natuur en waterrijke woonwijken trekken ganzen aan, tenzij er bij de inrichting rekening mee wordt gehouden het landschap minder gansvriendelijk in te richten. Bij de ‘winterganzen’ zullen de aantallen mede worden bepaald door de strengheid van winters en ontwikkelingen op de toendra en elders op de trekroute.
Vogelbalans
De Vogelbalans presenteert naast ganzencijfers ook de aantalsontwikkeling van andere vogelsoorten in Nederland. De aantallen van veel vogelsoorten bevinden zich onder het niveau dat in het kader van de Europese Richtlijn als doelstelling is afgesproken. Zorgwekkend is de doorzettende achteruitgang van bedreigde soorten van de Rode Lijst. Voor een aantal soorten is het doek zelfs bijna gevallen, zoals de kuifleeuwerik en het korhoen.
Persbericht Sovon