Het was overal in het nieuws te lezen: een witte dolfijn die onlangs door vissers werd aangetroffen langs de kust van Noorwegen, is mogelijk een militair getraind dier. De dolfijn werd ontdekt toen hij aan de touwen van vissersboten begon te trekken. Zijn gedrag was niet het enige opmerkelijke, want het dier droeg ook een tuigje, bedoeld om apparatuur aan te bevestigen. En het gaat hier niet om een geïsoleerd geval. Meerdere landen gebruiken zeezoogdieren voor militaire trainingen.
Toen eind april een witte dolfijn uit zichzelf Noorse vissersboten begon te benaderen, wekte dit argwaan. Het dier gedroeg zich zo duidelijk onnatuurlijk, dat de vissers zich al snel realiseerden dat er meer aan de hand moest zijn. Hun vermoeden werd bevestigd toen ze zagen dat de dolfijn, die herhaaldelijk aan de touwen van hun boot trok, een tuigje droeg dat bestemd leek om apparatuur aan te bevestigen. De vissers verwijderden het tuigje en ontdekten toen het opschrift “Equipment of St. Petersburg.” Kenners denken dat de witte dolfijn weleens een onderdeel kan zijn geweest van een Russisch militair programma dat walvisachtigen traint voor speciale militaire operaties.
Militaire trainingen van zeezoogdieren geen uitzondering
Al in 2017 deden Russische media verslag van een militair experiment met witte dolfijnen, tuimelaars en verschillende soorten zeehonden. Men wilde testen of de dieren konden worden ingezet voor het bewaken van marinebasissen, het assisteren van duikers of zelfs het doden van indringers die via water Russisch grondgebied wilden betreden. Witte dolfijnen werden toen als minder geschikt beschouwd, omdat ze niet zo lang in de koude poolwateren kunnen zwemmen.
Rusland is geen uitzondering als het gaat om het trainen van zeezoogdieren voor militaire doeleinden. Ook de Amerikaanse marine heeft sinds 1960 een vergelijkbaar programma, en toen Rusland in 2014 de Krim binnenviel, nam het volgens nieuwsverslagen ook een Oekraïense militaire eenheid over die enkel bestond uit tuimelaars. Deze “gevechtsdolfijnen” zijn getraind om onder water mijnen of duikers op te sporen. De Amerikaanse marine traint haar zeezoogdieren -waaronder Californische zeeleeuwen- daarnaast om op zee verloren geraakte apparatuur op te sporen en terug te halen. Hun vermogen om doelen te detecteren, zelfs in troebel water, kan nog niet door onze meest geavanceerde technische snufjes geëvenaard worden.
Dolfijnen werken sneller en efficiënter dan onze techniek
“Tuimelaars zijn beter en sneller dan welke machine als het gaat om het opsporen van mijnen”, zegt Paul Nachtigall, hoofd van het onderzoeksprogramma naar zeezoogdieren van de Universiteit van Hawaii. Zeker op locaties dichtbij de kustlijn, waar geluid afkomstig van waterrecreatie voor veel ruis zorgt, werken dolfijnen efficiënter. Mechanische systemen kunnen door die ruis in de war raken, maar dolfijnen hebben er geen last van. De dieren zenden een reeks geluiden (sonar) uit die terugkaatsen wanneer ze een object raken. Zo vormen ze een akoestische weergave van hun omgeving (echolocatie). Dolfijnen kunnen er zelfs een nauwkeurig onderscheid mee maken tussen vergelijkbare vormen van verschillende materialen, zo testte Nachtigall. Dit zijn eigenschappen die al tientallen jaren de aandacht trekken van zowel geïnteresseerde onderzoekers als van het leger.
En hoewel de Californische zeeleeuw geen sonar gebruikt, kunnen ook zij bijzonder goed dingen opsporen met hun goede ogen. De Amerikaanse marine gebruikt zeeleeuwen onder andere om testgeschut zoals mijnen terug te vinden. Hun trainers geven de zeeleeuwen een bevestigingssysteem mee in de bek, dat de dieren aan het verloren object kunnen bevestigen als ze het hebben gevonden. Op die manier kan het marinepersoneel het vanuit de boot weer optakelen.
Kan een tam dier weer wild worden?
Over de witte dolfijn die nu in Noorwegen is opgedoken is veel discussie. Verschillende mensen geven aan het verwerpelijk te vinden dat deze prachtige, slimme dieren in het leger worden ingezet. Anderen maken zich vooral zorgen over zijn herkomst. Voorlopig is nog niet zeker waar de dolfijn precies vandaan komt en of hij inderdaad een militaire training heeft gehad, of uit een aquarium of privé bezit afkomstig is. Wel is zeker dat er voor zijn welzijn gezorgd moet worden. Het dier is contact met mensen gewend en vermoedelijk ook voor zijn verzorging van hen afhankelijk geweest. In Noorwegen wil men de verantwoordelijkheid voor hem op zich nemen en wordt geadviseerd het dier niet te voeren, zodat hij hopelijk uit zichzelf gaat jagen. Ook hoopt men dat hij zich op den duur bij een groep wilde witte dolfijnen zal kunnen aansluiten.
Bronnen:
©AnimalsToday.nl Merel Roks