Wie voor het eerst een foto ziet van een Marokkaanse arganboom gevuld met geiten moet een tweede keer kijken of het wel echt is. In de droogte van het landschap vormen de vruchten van de arganboom een belangrijke voedselbron en de geiten hebben geleerd om, balancerend op de takken, het fruit te bereiken. Dit levert koddige plaatjes op voor toeristen en daaraan kun je geld verdienen.

Marokkaanse
Geiten in een fruitdragende arganboom buiten Marrakesh | Foto: publiek domein

Dat toeristen dit leuk vinden om te fotograferen en daarvoor willen betalen zou ertoe geleid hebben dat geiten gedwongen de boom ingejaagd worden, zonder dat er iets te eten valt voor de dieren. De Britse fotograaf Aaron Gekoski hoorde verhalen dat boeren uit de omgeving geiten bijeenbrengen en de boom injagen, zodat ze toeristen kunnen laten betalen voor het maken van foto’s en selfies. Gekoski:

“De geiten kunnen nauwelijks bewegen in de boom en staan meestal maar een beetje op een tak, miserabel te wezen.”

Ian Woodhurst van World Animal Protection vertelt The Independent:

“Geiten gebruiken als rekwisieten in bomen in drukke toeristische gebieden veroorzaakt bij de dieren een aanzienlijke hoeveelheid stress waaronder ze lijden, vooral wanneer ze geen schaduw vinden of water krijgen.”

Het misbruiken van de geiten en daarvoor betalen wordt vergeleken met olifantenritjes en ritjes op magere ezels, paardjes of struisvogels. Net al het op de foto gaan met welk dier dan ook en ervoor betalen houdt het dierenleed in stand om toeristen te ‘plezieren’.  Zoals olifanten die geestelijk gebroken worden, of knuffelfarms voor leeuwen, die eenmaal op leeftijd afgedankt en afgeschoten mogen worden in een omheind gebied (canned hunting).

Toeristen op Schiphol worden gewaarschuwd | Foto: Stichting AAP

Geen benul

De toeristen die ‘ohhh’ en ‘ahhh’ roepen bij het zien van – bijvoorbeeld – de Marokkaanse boomgeiten hebben volgens fotograaf Aaron Gekoski geen flauw benul van het leed dat gepaard gaat met toeristische attracties waarbij dieren misbruikt worden.

Bron:

©AnimalsToday.nl Bart van Riel