In het Gelderse Emst zijn gisteren 14 schapen gedood door een wolf. Dit toont volgens Diederik van Liere van het Institute for Coexistence with Wildlife aan dat het hoog tijd is om in te zetten op methodes die jonge wolven afleren schapen te doden. Dat kan, maar dan moeten de autoriteiten wel openstaan voor innovatie.
Gisteren zijn er 14 schapen gedood door een wolf. Dat gebeurde in Emst, nabij het leefgebied van het Veluwse wolvenpaar met welpen. Het is nog niet duidelijk welke wolf het gedaan heeft, maar ik weet bijna zeker dat het de vader of moeder van het stel betreft.
Toen de vader nog als single rondliep en Nederland aandeed, had hij al enkele schapen gedood. Maar de moeder spande de kroon en had als single in 1 aanval 31 schapen gedood. Mijn sterke vermoeden is dat de wolvin achter de doding van 14 zit.
Dat het paar in de herfst opnieuw schapen zou gaan doden, had ik voorspeld en zowel aan de wolvencommissie als de gedeputeerde van Gelderland doorgegeven. Jammer dat het toch gebeurt, maar de methoden zoals die nu gehanteerd worden falen als het gaat om wolven die ervaring hebben met schapeschapen. Ook dat heb ik doorgegeven.
Maar waarom doodt een wolf eigenlijk zoveel schapen? Net als een hond vindt een wolf het leuk om ergens achteraan te rennen of ergens in te bijten. Als een wolf van pa en ma geleerd heeft zich op schapen te richten, dan heeft ze 3 positieve ervaringen tussen de oren:
- Het is leuk achter schapen aan te rennen. Schapen rennen zich rot, maar kunnen nergens heen.
- Net als een hond in een schoen, stok of bankstel kan bijten en knauwen, bijt een wolf graag een schaap.
- Pas na het nodige vertier (en enorme stress en leed voor de schapen!) consumeert een wolf een schaap.
Zulke positieve ervaringen vergeet je niet als wolf, ook niet als je tijdelijk in de buurt van je kwetsbare jongen moet blijven en om moet schakelen naar bekend voedsel in de buurt. Op de Veluwe kunnen dat zwakke of jonge reeën, herten of wilde zwijnen zijn. Deels kunnen dat ook vruchten zijn.
Nu in de herfst in het wild levende dieren moeilijker te vangen zijn, omdat ze groter, sneller en meer ervaren zijn geworden, halen vader en moeder wolf de schapenervaring uit de kast. Zeker ook omdat de jonge wolven minder kwetsbaar zijn, meer en meer voeding vragen en zelf mee kunnen gaan met de jagende ouders.
Allemaal goed voorspelbaar, maar de bescherming van schapen wordt zo alleen maar meer urgent. Het is cruciaal om te voorkomen dat jonge wolven leerervaring krijgen met schapen als prooi. Wolven die opgegroeid zijn met wilde zwijnen en geen schaapervaring hebben kunnen naast schapen leven. Sloveense onderzoekers en ik hebben een drietal nieuwe methodes in ontwikkeling die aansluiten bij de 3 bovengenoemde ervaringen. We kunnen wolven afleren schapen te doden en het zo mogelijk maken dat wolven er kunnen zijn, zonder al te veel problemen voor de schapen. Die innovatie wordt meer en meer urgent.
Diederik van Liere – Institute for Coexistence with Wildlife
–
- Lees ook:
Diederik van Liere: Investeren in co-existentie met de nieuwe generatie wolven