Het westelijke deel van het Amazoneregenwoud in Brazilië, tevens het laatste stuk ongeschonden oerwoud in het land, wordt bedreigd. Bedrijven willen er naar grondstoffen boren en krijgen steun van de politiek. Ondanks dat de grootte van projectlocaties wellicht beperkt kan blijven, brengt de gebiedsontwikkeling veel gevaren voor de natuur met zich mee.
Het regenwoud van Brazilië is ernstig aangetast, maar in het westen van het land bleef tot voor kort een stuk woud van grofweg 740.000 vierkante kilometer vrijwel ongeschonden. Liggend op de grens van de twee staten Amazonas and Rondônia, was het gebied moeilijk bereikbaar door de afwezigheid van wegen. Het gebied is van onschatbare waarde, niet alleen omdat het een van de laatste stukken ongeschonden regenwoud is en essentieel voor het in stand houden van de biodiversiteit. Het woud vormt ook een thuis voor diverse inheemse volkeren, slaat grote hoeveelheden koolstof op en recycled water dat het Zuid-Amerikaanse land hard nodig heeft.
Duizenden putten in het woud
Geplande wegen, die zich afsplitsen van de enige grote weg in de regio, zouden ruim baan geven aan ontbossing in het noordelijk deel van de groene long. Maar er ligt nog een ander gevaar op de loer: olie- en gasbedrijven hebben plannen om duizenden putten te boren in het midden en zuiden. In eerste instantie zijn voor dit project de wegen niet meegenomen in de evaluatie van de impact op het regenwoud, omdat het voornemen bestaat transport via de lucht en het water te laten verlopen, maar die plannen kunnen veranderen. Toekomstige wegen die de projectlocaties met elkaar verbinden zouden het hele oerwoud openbreken en nog meer kans bieden aan ontbossing.
Plannen voor het Solimões olie- en gasproject omvatten het boren van duizenden putten, verspreid over 470.976 vierkante kilometer. Een enorm gebied dat ongeveer gelijk staat aan een derde van de gehele Braziliaanse staat Amazonas. Boorwerkzaamheden brengen verschillende risico’s met zich mee, zoals olielekken, die desastreuze gevolgen zouden hebben voor de lokale biodiversiteit.
Inheemse bewoners genegeerd
De gebiedsontwikkeling zal ook impact hebben op de inheemse bewoners die nog altijd geïsoleerd leven in het woud. Sinds het aantreden van de huidige president van Brazilië –Jair Bolsonaro– in 2017, is voor het winnen van mineralen al veel druk uitgeoefend op andere gebieden waar afgezonderde stammen leven. Bolsonaro wil een wetsvoorstel laten doorvoeren waaronder inheemse stammen geen recht meer hebben op een veto als het de exploitatie voor olie en gas in hun territorium betreft. Zelfs niet als het officieel is aangewezen als hun land. Als de wet wordt aangenomen heeft dat gegarandeerd uitbreiding van olie- en gaswinningsprojecten tot gevolg, zonder daarbij nog de mening van deze bevolkingsgroepen in acht te hoeven nemen.
Bolsonaro Threatens the Indigenous Right to Be #Resista #DefendEarthDefenders #StopBolsonaro https://t.co/pijv7AOgOV via @AmazonWatch#Bolsonaro #Brasil #DefendtheAmazon Support #indigenous people
— ZazaFL (@ZazaFL) March 2, 2020
Naast inheemse en afgezonderde stammen, ervaren ook de zogenaamde ribeirinhos de nadelige gevolgen van de industriële ontwikkelingen in het amazonewoud. Deze mensen leven op een traditionele manier van kleinschalige visserij en landbouw, en zijn in paalwoningen gevestigd langs de rivier. Als ze al niet uit het gebied worden verjaagd, zullen ze het aan de drukte en hun visvangst gaan merken wanneer de rivier als hoofdroute voor transport van grondstoffen zal worden gebruikt.
Aanleg van wegen rampzalig
De voorlopige milieu-effectbeoordeling voor het Solimões project zegt dat er geen nieuwe wegen zullen worden gebouwd; transport moet plaatsvinden via de rivier en de lucht. Er worden echter in het hele rapport maar twee regels aan dit onderwerp besteed, terwijl het een cruciaal verschil kan maken in de ontwikkeling van het gebied in de komende jaren. De impact op het gebied zou een stuk kleiner zijn wanneer de putten als een soort olieplatforms op zee worden benaderd. Langs wegen ontstaat snel meer ontbossing, omdat ook andere partijen zich er gaan vestigen of er aan het werk zijn. Transport via de lucht en het water is echter duurder en partijen die strijden voor natuurbehoud en de bescherming van de inheemse bewoners en hun land, vragen zich dan ook af hoe ervoor gezorgd kan worden dat het Braziliaanse Ministerie van Mijnbouw en Energie niet eenvoudigweg haar plannen zal veranderen.
Dat het belangrijk is om het huidige regenwoud zo veel mogelijk in zijn originele staat te behouden, is voor velen duidelijk. Door de snelle ontbossing staat de helft van de bomensoorten in Braziliaans Amazonia volgens de IUCN tegen 2050 op het punt van uitsterven. Het gedeelte bos dat ten westen van de Purus rivier ligt bevat bovendien een gigantische opslag van koolstof, welke vrijkomt bij kap en de opwarming van de aarde ineens zal versnellen. Hetzelfde stuk bos is cruciaal bij het in stand houden van de recycling van water voor de bevoorrading van wat men “vliegende rivieren” noemt. De wind voert het water als regen naar de drogere gebieden van Brazilië, zoals miljoenenstad São Paulo. Deze stad heeft al enkele keren bijna zonder water gezeten tijdens lange periodes van droogte. Voor de Brazilianen zou dit al genoeg reden kunnen zijn om hun groene long goed te verzorgen. Maar wat is er nog voor nodig om dat de rest van de wereld duidelijk te maken?
Bron:
©AnimalsToday.nl Merel Roks