Lantaarnpalen een grote aantrekkingskracht voor vleermuizen. Zij vinden hier extra voedsel. Maar voor de meeste dieren is het een ramp: kunstlicht. Vogels raken van de leg, muizen hebben er een gruwelijke hekel aan. Wageningen UR en het Nederlands Instituut voor Ecologie (NIOO-KNAW) publiceerden dinsdag 17 maart jl. in een themanummer de eerste resultaten van vier jaar onderzoek.

kunstlicht
Foto: Javor Kac / Lifeatnight.si

Het doel van dit grote project is om buitenverlichting natuurvriendelijker te maken. Bijna heel Nederland baadt in het licht, ook ’s nachts. Kamiel Spoelstra, hoofdonderzoeker van het NIOO:

“Opvallend is dat dieren anders reageren op verschillende kleuren licht. Door de kleur van bijvoorbeeld straatlantaarns aan te passen kun je ze wellicht hun natuurlijke nachtleven teruggeven. Om dat te doen moet je kijken naar het effect van verschillende kleuren licht op allerlei groepen dieren en planten, niet op slechts een enkele soort”.

Elmar Veenendaal, coördinator Wageningen University voegt toe:

“En dat is precies wat ons team met allerlei onderzoeksorganisaties en vele vrijwilligers, voor het eerst, de afgelopen vier jaar heeft gedaan”.

In 2013 zijn koolmezen, in wit en groen licht, ongeveer vijf dagen eerder gaan broeden. Spoelstra:

“Door de kou waren de mezen laat met broeden. Maar onder het witte en groene licht leken de dagen langer en gingen zij toch al eerder eieren leggen”.

Vorig jaar werd, door het warme voorjaar, dit effect niet gevonden. De experimentele verlichting was wel een uitkomst voor dwergvleermuizen. Zij vonden veel eenvoudiger voedsel, namelijk de insecten die door het lamplicht werden aangetrokken. Niet alleen in steden bleek dit het geval te zijn, maar ook in het bos. Uit het onderzoek blijkt ook dat niet alle kleuren licht hetzelfde effect hebben. Hiernaar moet nog veel onderzoek gedaan worden.

Uit het onderzoek blijkt ook dat bosmuizen juist minder actief worden. Hierdoor vinden zij minder voedsel:

“Muizen, vleermuizen en vogels reageren meteen op de aanwezige verlichting. Ook hier is de vraag wat de effecten zijn op de populaties. Bij de vogels zijn er al aanwijzingen voor langetermijnveranderingen”.

Veel natuurorganisaties verzamelden gegevens op acht testlocaties in Gelderland en Drenthe. Tijdens het onderzoek stonden rijen met wit, rood of groen licht en een controlerij zonder lampen aan de rand van daarvoor nog onverlicht bosgebied. Door met de verschillende soorten licht te spelen volgen de onderzoekers het verdwijnen en verschijnen van verschillende diersoorten.

Het onderzoeksproject is nu verlengd met nog eens drie jaar. Toeval of niet: 2015 is ook nog eens het internationale Jaar van het Licht. Spoelstra:

“Met de verlenging van het project kunnen wij de langetermijneffecten nog scherper krijgen”.

Bron: Natuurbericht ©PiepVandaag.nl Walter Eijndhoven