Het zou wel eens kunnen dat de samenstelling van onze tuinvogelpopulatie er in 2075 heel anders uitziet dan nu. Dat valt af te leiden uit een studie van de U.S. Geological Survey (USGS), een Amerikaans instituut gericht op kennisvergaring en -verspreiding over onze planeet. Vogels die nu heel normaal zijn zullen verdwijnen door klimaatverandering en vernietiging van hun leefgebied door toedoen van de mens.
Met behulp van computermodellen nam de USGC 50 vogelsoorten onder de loep, en kwam tot de ontdekking dat bijvoorbeeld de algemeen in Noord-Amerika voorkomende Bairds gors de komende 60 jaar met 91 procent zal afnemen.
De helmkwartel, ook wel Gambels kuifkwartel genoemd, zal met 61 procent in aantal dalen. In de computermodellen werd vooral het verlies van hun leefgebieden als rekenfactor meegenomen. Ontbossing en verstedelijking verdringen de vogels, die uiteindelijk onvoldoende ruimte overhouden om zich te handhaven.
Gezien de opwarming van de aarde is het niet verwonderlijk dat de USGC concludeert dat de noordelijke vogelsoorten uit koudere streken vooral in aantallen afnemen, terwijl de vogels uit het zuiden juist profiteren van de verandering in temperatuur en zich noordwaarts verspreiden. De reden daarvoor is dat hun voedsel zich ook verder naar het noorden beweegt.
De studie is gericht op Noord-Amerika, maar de uitkomst laat niets te raden over hoe de situatie in Europa zal zijn. De principes van habitatvernietiging gelden ook aan deze kant van de aarde, en ook bij ons lijken de gemiddelde temperaturen toe te nemen. Nu al zijn er vogelsoorten die vroeger alleen in mediterrane gebieden voorkwamen die opeens in Nederland opduiken. Hetzelfde geldt voor bepaalde Zuid-Europese plantensoorten, vlinders en andere insecten. Dus wellicht moeten we ons erop voorbereiden dat over 60 jaar een achtertuin vol bijeneters, een kleurrijke vogelsoort die nu onder meer in Spanje en Portugal voorkomt, helemaal niet zo uitzonderlijk zal zijn.
Bron ©PiepVandaag.nl Bart van Riel