De impact van klimaatverandering is veel groter dan we denken. Uit drie recente onderzoeken blijkt hoe extreem de invloed van klimaatverandering is op het leven op aarde. Het beïnvloedt bijna alle diersoorten, zelfs tot in hun genetisch materiaal. En dan hebben we tot nu toe slechts te maken gehad met één procent opwarming van de aarde.
De snelgroeiende crisis die klimaatverandering heet, tart iedere verbeelding. In tegenstelling tot alle geluiden van woedende ontkenners, politici die zichzelf voor de gek houden en een wereldwijd massapubliek dat verbijsterd toekijkt, is de wetenschap onvermurwbaar. De schade die klimaatverandering teweegbrengt is in ieder ecosysteem op onze planeet waargenomen en blijkt bovendien sneller te gaan dan zelfs de meest zwartgallige wetenschappers voorspeld hadden.
Klimaatverandering treft niet alleen ijsberen
In dit kader is het logisch om aan te nemen dat klimaatverandering doorwerkt op al het leven op aarde, dus op alle miljoenen soorten die samenleven op onze kleine rots in de ruimte. Erger is het om te ontdekken dat het niet langer alleen om ijsberen gaat, of om koraalriffen, zeeschildpadden, fluithazen en pinguïns, maar om zowat alles om ons heen – inclusief onszelf.
Drie recent verschenen onderzoeken illustreren hoe wijdverbreid de effecten van klimaatverandering op ons leven al zijn. Bret Scheffers van de Universiteit van Florida:
“We kunnen stellen dat de meeste diersoorten op de een of andere manier al beïnvloed zijn door klimaatverandering. Dit kan voor de ene soort negatief uitpakken, maar voor de andere soort positief.”
Scheffers is de hoofdauteur van een onderzoek in Science uit 2016, waaruit bleek dat de huidige opwarming van de aarde (van slechts één graad Celsius) alleen al op 77 tot 94 verschillende ecologische processen een waarneembaar effect heeft. Het betreft hier onder meer het genetisch materiaal van diersoorten, veranderende seizoenen en zelfs de morfologie – fysieke eigenschappen die veranderen, zoals lichaamsbouw en -vorm.
Voorbeelden van impact op de morfologie van diersoorten zijn de krimpende bossalamanders in de Appalachen en de langsnavelige kanoetstrandlopers in de arctische gebieden, die kleinere jongen voortbrengen met minder indrukwekkende snavels, wat hun voortbestaan in gevaar kan brengen. Marmotten en marters in Amerika worden juist groter, doordat de seizoenen waarin ze hun voedsel verzamelen langer duren. De schedels van de grondeekhoorns in het Yellowstone National Park veranderen van vorm als gevolg van klimaatverandering.
De natuur reageert ook vreemd op het nieuwe klimaat als het gaat om genetica. Een ontwikkeling in het genetisch materiaal van de roze zalm zorgt voor vervroegde migraties. De zuidelijke vliegende eekhoorn is zich onderweg naar het noorden beginnen te kruisen met de noordelijke vliegende eekhoorn. De genetica van de watervlo zijn al decennia aan het veranderen als gevolg van de stijgende watertemperaturen.
Het feit dat zoveel diersoorten genetische veranderingen ondergaan, betekent echter niet dat zij zich succesvol aanpassen aan onze warmere wereld. Scheffers:
“In veel voorbeelden gaat genetische diversiteit verloren als gevolg van klimaatverandering. Niet alleen in de natuur, maar ook in bepaalde grondstoffen waarvan mensen afhankelijk zijn, zoals gewassen en hout. Het is belangrijk om de ontwikkeling en aanpassing van soorten niet als indicatie te zien dat alles goed gaat.”
Negatieve effecten op honderden diersoorten
De bevindingen van Scheffers en zijn collega’s worden ondersteund door een onderzoek gepubliceerd in Nature Climate Change uit februari 2017, waarin staat dat 47 procent van de landzoogdieren en 23 procent van de vogels al negatieve effecten heeft ondervonden van klimaatverandering. Alleen al in deze twee groepen gaat het om bijna 700 diersoorten. Co-auteur James Watson van de Universiteit van Queensland in een persuiting:
“Er is sprake van een enorme onderrapportage van deze klimaateffecten.”
Watson wijst erop dat de IUCN Red List of Threathened Species slechts zeven procent van de zoogdieren en vier procent van de vogels als bedreigd door klimaatverandering beschouwt. De IUCN loopt volgens hem achter op de recente wetenschappelijke ontwikkelingen; veel diersoorten wachten al decennia op een update, terwijl de meeste dieren op aarde überhaupt nooit geëvalueerd zijn.
Een derde onderzoek, verschenen in PLOS Biology, wijst uit dat ruim 450 planten- en diersoorten lokale uitstervingen hebben ondergaan als gevolg van klimaatverandering. ‘Lokaal uitgestorven’ betekent niet dat de soorten voorgoed verdwenen zijn, maar wel dat ze uit een deel van hun gebied zijn verdwenen. Zo is het leefgebied van de naakte grondspitsmuis danig verkleind door opwarming van de toendra. Onderzoeksauteur John Wiens van de Universiteit van Arizona:
“Als de opwarming van de aarde doorzet, zullen soorten die zich niet snel genoeg kunnen aanpassen mogelijk uitsterven. In het ergste geval zullen diersoorten gewoonweg verdwijnen.”
Eerste zoogdier al uitgestorven
Dergelijke wereldwijde uitstervingen zijn al aan de orde. In 2016 ontdekten wetenschappers dat de Bramble Cay- mozaïekstaartrat (een Australisch ratachtig knaagdier dat voor het laatst werd gezien in 2007) recentelijk was uitgestorven als gevolg van de stijgende zeespiegel. Hierdoor werd het kleine koraaleiland dat het leefgebied van de dieren was, overspoeld. Dit is het eerste zoogdier dat bewezen uitgestorven is door klimaatverandering. Of beter gezegd: door onze verslaving aan fossiele brandstoffen.
Wiens’ onderzoek wijst ook uit dat lokale uitstervingen vaker voorkomen in de tropen dan in gematigde klimaten. Dat is verontrustend, omdat in de tropen de biodiversiteit het grootst is. Bovendien zijn veel tropische soorten nog niet goed in kaart gebracht en zijn sommigen zelfs niet eens ontdekt.
De veranderingen zetten door en het gaat niet om op zichzelf staande uitstervingen. Bret Scheffers:
“We hebben nu bewijs dat complete ecosystemen, soms ter grootte van een Amerikaanse staat, aan het veranderen zijn als gevolg van klimaatverandering.”
Scheffers wijst op bepaalde kelpbossen (kelp is een zeewier dat veel mineralen bevat en bekendstaat als belangrijke bron van natuurlijke jodium) die afsterven en worden vervangen door rotsachtige, minder productieve ecosystemen. Doordat kelp bestaat uit enorme bruine algen en zo groot kan worden als een boom, zijn kelpbossen belangrijke kraamkamers voor vissen, beschermen ze kustlijnen tegen stormvloed, slaan ze enorme hoeveelheden koolstof op en vormen ze het leefgebied van diersoorten als zeeotters. De opwarming van het water gecombineerd met de vervuiling van de oceaan begint echter zijn tol te eisen.
Scheffers verwacht bovendien meer ‘verschuivingen in het ecosysteem’, zoals wetenschappers het omschrijven, in de toekomst. Wolkenwouden lopen het risico te veranderen in hooggelegen graslanden, koraalriffen in door algen gedomineerde ecosystemen en het poolijs in open water.
Apocalyps
Als we wereldwijd niet snel iets doen aan onze fossiele-brandstoffenverslaving, zal de opwarming van de aarde met vier of vijf graden Celsius aan de einde van de eeuw een feit zijn, zo schatten wetenschappers. Een dergelijke stijging van de temperatuur is niet meer een catastrofe te noemen, maar een regelrechte apocalyps. John Wiens:
“Denk je eens in, op basis van wat we nu al zien, wat er zal gebeuren met alle soorten wanneer de temperatuur met vier of vijf graden stijgt.”
Scheffers vult aan:
”Een ding is zeker: deze wereldwijde respons op klimaatverandering betekent een steeds onvoorspelbaarder toekomst voor de mens.”
Klimaatverandering beïnvloedt alle ecosystemen
Meer dan de helft van alle mensen ter wereld woont in steden – maar dat maakt niemand van ons immuun voor de veranderingen die in de natuur aan de gang zijn. Volgens Scheffers’ onderzoek zullen mensen een verminderde groei van diverse gewassen en houtsoorten ervaren, een drastische daling in de mariene visserij, een potentiële groei van nieuwe ziektes en de verspreiding van ziektes naar plekken waar deze nooit eerder voorkwamen. In de tussentijd kunnen de afbraak van koraalriffen, kelpbossen en mangroves leiden tot meer doden in door het veranderde klimaat aangewakkerde stormen.
Het verlies van wereldwijde biodiversiteit zal een grote klap teweegbrengen in allerlei samenlevingen ter wereld, van minder productieve ecosystemen tot effecten die we nu nog niet kunnen voorzien. Scheffers over zijn eigen onderzoek:
“Ik was niet verrast. Ik was gealarmeerd. De omvang van de impact is enorm en strekt zich uit naar ieder ecosysteem op aarde. Is dit alarmerend? Natuurlijk. Maar het alarm begon al te rinkelen in de jaren ’80.”
Maar betekent dit dat we niets meer kunnen doen? Natuurlijk niet:
“De overheid en grote organisaties kunnen overeenkomen dat ze de uitstoot van koolstof beperken en de natuurlijke ecosystemen beschermen, waardoor de veerkracht om met klimaatverandering om te gaan toeneemt. Dit gaat bijvoorbeeld om grote bosgebieden die met elkaar verbonden zijn en die voor verkoeling van het klimaat zorgen, om ongerepte koraal- en oesterriffen die niet alleen als voedselvoorziening dienen, maar ook stormstuwingen verminderen en om goed beheerde stroomgebieden, die het zoetwaterpeil in stand houden.”
Wiens voegt hieraan toe dat:
“…er op grote schaal meer moeite gedaan moet worden om de hoeveelheid koolstof die zich nu al in de atmosfeer bevindt, te verminderen.”
Een aantal bedrijven heeft al technische toepassingen bedacht die juist dat doen: koolstof uit de atmosfeer halen. Maar tot op de dag van vandaag vertragen gebrek aan geld en steun de uitrol van dergelijke toepassingen.
In de tussentijd, zeggen de onderzoekers, moet het Paris Agreement beschermd worden; dit is de enige wereldwijde overeenkomst waarin klimaatverandering aangepakt wordt. Scheffers:
“Onze kennis ontwikkelt zich door het combineren van de waarheid met onze overtuigingen. Er is een wereldwijde wetenschappelijke consensus wat betreft klimaatverandering en de impact op mens en natuur. Het klopt dat klimaatverandering vernietigende effecten zal hebben op onze gezondheid en kwaliteit van leven. De hints van Trumps regering om het Paris Agreement op te heffen zijn niet alleen een onverstandige, maar ook een gevaarlijke beslissing.”
Bron: The Guardian ©AnimalsToday.nl Margreet van Litsenburg
Strijd mee tegen dierenleed!
Related posts
Blog Karen Soeters
Strijd mee tegen dierenleed!
Door (maandelijkse) donateur te worden, bied je een constante stroom van hulp die essentieel is voor redding en verzorging van oorlogsdieren in Oekraïne. Elke bijdrage, groot of klein, eenmalig of periodiek, maakt een verschil. Help je ook mee?