“Een kleine alligator in huis, dat heeft niet iedereen. De politie controleerde daarom vandaag in Apeldoorn de situatie van een dwergkaaiman, die gehouden werd in een woning.” Dat schrijft het AD op 14 april.
Toen ik het bovenstaande las dacht ik mooi, eindelijke eens een controle want van het merendeel van dit soort exotische dieren weten we niet waar ze gehouden worden, laat staan de wijze waarop. Deze controle zou dan zeker duidelijk maken dat alligators, ook de dwergvariant, op geen enkele mogelijke manier in een woning gehouden worden zodat voldaan wordt aan de geldende regelgeving.
Wat schetst mijn stomme verbazing toen ik doorlas. De conclusie was dat de papieren in orde waren, het dier er goed uitzag maar wel te weinig ruimte had. Ik geloofde mijn eigen ogen niet dus heb het stuk voor alle zekerheid nog een keer gelezen.
Hoezo “zag het dier er goed uit”? Sinds wanneer is ‘het dier ziet er goed uit’ bepalend of de geldende regelgeving is overtreden? Waar staat dat een dier ‘er goed moet uitzien’ en als dan niet het geval is, de eigenaar in overtreding is? Antwoord: nergens, dus een dergelijke opmerking is volstrekt zinloos, buiten het feit dat het een zeer subjectieve waarneming is. En daarbij, hoe is het mogelijk dat er met een dier niets aan de hand is terwijl iedere leek kan zien dat er op geen enkele wijze is of kan worden voldaan aan zijn ethologische en fysiologische behoeften. Dat het dier te weinig ruimte had is natuurlijk duidelijk, maar te weinig ruimte is echt niet het enige criterium op grond waarvan geconcludeerd kan worden dat het welzijn van een dier ernstig is aangetast en op grond hiervan feitelijk mishandeld wordt. En wat is trouwens te weinig ruimte? Als het dier zich kan keren is dat dan wel genoeg?
Ik begrijp best dat je als toezichthouder geen verstand hebt of kan hebben van elke diersoort die in Nederland gehouden wordt. Maar als je nu toch weet dat je gaat controleren bij een bepaalde diersoort dan zorg je dat je die kennis of eigen hebt gemaakt, of dat je de juiste expert meeneemt.
En met de juiste expert bedoel ik natuurlijk een onafhankelijke persoon die verstand heeft van de natuurlijke behoeften van de betreffende diersoort. En dus niet een NVWA-dierenarts, die alleen verstand heeft van het bagatelliseren van welzijnsproblemen, of een private dierenarts die zijn geld juist verdient aan de houders van dit soort dieren. Ook bedoel ik niet een houder die aangesloten is bij het Platform (on)Verantwoord Huisdierenbezit (PVH). Dit platform heeft bewezen alleen maar verstand te hebben van hun eigen welzijn, zoals ik in een van mijn vorige columns beschreef. Nee, ik bedoel echt een onafhankelijke bioloog/gedragsdeskundige, met kennis van de natuurlijke behoeften van een alligator.
Zelfs zonder enige kennis van zaken had de desbetreffende toezichthouder al met een beetje Googelen kunnen achterhalen wat een alligator voor een dier is en welke meest primaire natuurlijke behoeften een zo’n dier heeft. Dat deze behoeften niet kunnen worden gerealiseerd in een bench, ook niet in een wat grotere bench zoals nu de oplossing lijkt te zijn, is dan overduidelijk.
Nu weet ik dat ik straks weer reacties krijg in de trant van ‘heb jij dan wel verstand van alligators?’. Nee, dat heb ik niet. Maar ja, ik heb wel verstand van dierenwelzijn en wat dierenwelzijn eigenlijk inhoudt. En niet omdat ik dat vind maar omdat dit ook als zodanig in de wet is opgenomen en zelfs ook onderschreven wordt door de internationale organisatie van dierentuinen en aquaria. Alleen als er sprake is van het kunnen voldoen aan de ethologische en fysiologische behoeften zal het dier zich kunnen welbevinden. Dan is er een ‘positieve staat van welzijn’ bereikt voor het dier. Dit is wat de regelgeving vereist en dit is waar op had moeten worden toegezien. Maar helaas heeft ook nu weer de toezichthouder, niet gehinderd door enige kennis, zijn eigen draai aan de inspectie gegeven en vastgesteld dat het dier ‘er goed uitziet’. Met alle gevolgen van dien voor het welzijn van dit dier.
Een alligator in het wild leeft zowel op het land als in het water. Het dier moet dus minimaal een groot stuk land en water worden aangeboden. Ook de luchtvochtigheid en temperatuur spelen een grote rol, en nog veel meer zaken zoals socialisatie. Als je dit niet weet, wat is dan het nut van een controle vraag ik me af.
Alleen al op grond van het niet aanbieden van zowel land als water gaat het mank. Dit kan in een woonhuis nooit worden aangeboden. Niet nu en niet volgende week, en alleen op grond hiervan kan gesteld worden dat er sprake is van ernstige mentale mishandeling van het dier en had deze alligator dus onmiddellijk in beslag moeten zijn genomen.
Dus hoezo ziet het dier ‘er goed uit’? Door als toezichthouder nu te stellen dat het dier er goed uitziet geef je aan dat de houder verder voldoet aan de wettelijke regels omtrent dierenwelzijn, zolang het dier maar voldoende ruimte heeft????
Onkunde is tot daaraantoe, dat is te herstellen, maar hiermee wordt impliciet dit soort walgelijke praktijken – het houden van een alligator in huis – ook nog eens goedgekeurd. En tegelijk geeft het een vrijbrief aan al die houders die menen dat zolang hun dier ‘er maar goed uitziet’ er verder niets aan de hand is.
Bron: AD ©AnimalsToday.nl Karen Soeters
Strijd mee tegen dierenleed!
Karen Soeters
Related posts
1 Comment
Comments are closed.
Nou ja zeg, het dieren welzijn is hier in Nederland ontzettend goed geregeld, vraag maar aan de leden van het CDA of aan de veeboeren en nertsenfokkers.
En bij het NVWA werken alleen mensen die geen barst verstand hebben van dierenwelzijn, daarom zijn ze ook zo capabel.
Mensen die geld verdienen aan dieren zijn vaak ook vrij agressief en daar zijn de controleurs erg bang voor, vandaar dat ze dus alles goed keuren.