Katten zien de wereld door andere ogen dan wij. Om betere kattenouders te worden, is het belangrijk om te begrijpen hoe ze de wereld ervaren. Hoewel katten dezelfde zintuigen gebruiken als wij, zoals zicht, geluid, geur, smaak en aanraking, verwerken ze deze input op een unieke manier. Het kennen van deze verschillen kan ons helpen om hen nog beter te begrijpen en dus een nog betere band met hen op te bouwen.
Zicht: de geheimen van kattenogen
Net als mensen gebruiken katten hun ogen om de wereld om hen heen te zien. Maar hun ogen zijn anders dan die van ons. Ze hebben bijvoorbeeld een soort nachtzicht, waardoor ze beter kunnen jagen bij schemering en dageraad. Het resultaat van miljoenen jaren evolutie.
Het lijkt of katten in het donker perfect kunnen zien, maar ze hebben toch wel wat licht nodig. Licht komt het oog binnen via het hoornvlies, de ronde, transparante oppervlakte van het kattenoog. De grote, koepelvormige cornea van katten laat hun ogen het maximale aantal fotonen (lichtdeeltjes) verzamelen. Dit is een belangrijke aanpassing omdat ze vaak leven met weinig licht. De pupillen van katten zijn lang en verticaal, ze vernauwen bij daglicht maar kunnen tot wel 300 keer uitbreiden in het donker. Ter vergelijking: menselijke pupillen worden slechts 15 keer groter in het donker.
De achterkant van een kattenoog heeft een laagje genaamd het tapetum lucidum, dat ongeabsorbeerd licht terugkaatst naar de netvliezen. Dit is ook een aanpassing om de kat te helpen zien bij weinig licht. En het veroorzaakt de schittering die te zien is wanneer er licht op het kattenoog schijnt in het donker. Ook is hun perifere zicht, het vermogen om objecten waar te nemen die zich buiten het directe blikveld bevinden, vele malen beter dan het onze.
Minder ontwikkeld
Andere aspecten van het zicht van katten zijn minder ontwikkeld. Omdat hun netvliezen minder kegeltjes hebben – de fotoreceptoren die kleur waarnemen – wordt aangenomen dat katten de wereld minder levendig en in minder kleuren zien dan mensen. Deze kegeltjes zijn ook verantwoordelijk voor de scherpte van het zicht. Hierdoor is het zicht van een kat waziger, ook al zien zij beter in het donker dan mensen. Wat katten op zes meter afstand kunnen zien, kunnen wij pas zien op dertig meter.
Maar dit weerhoudt hen totaal niet. Katten reageren namelijk sneller op beweging dan op de ingewikkelde details en kleuren van een afbeelding, dus ze worden niet belemmerd door hun verminderde kleurzicht.
Geluid – superkrachtige oren
Katten hebben een indrukwekkend gehoor. Hun oren, die als kleine schotels werken, kunnen geluiden nauwkeurig lokaliseren. De oorflappen van een kat, of pinnae, kunnen onafhankelijk naar voren, naar achteren en opzij draaien om zich te richten op de locatie van een geluid. Door deze 180-gradenrotatie van de pinnae kunnen katten de locatie van een geluid op een paar centimeter nauwkeurig bepalen in slechts zeshonderdste van een seconde – vanaf een afstand tot ongeveer één meter.
Ook kunnen ze subtiele verschillen in geluiden onderscheiden, tot wel een tiende van een toon. Hoewel hun ultrasone gehoor veel beter is dan dat van mensen en zelfs honden, betekent dit niet dat katten fan zijn van Beyoncé of Beethoven. In 2015 onderzocht een team van Amerikaanse universiteiten melodieën met geluiden die speciaal voor katten waren ontworpen, zoals spinnen en een pulserend geluid dat doet denken aan drinkgeluiden van een kitten. De resultaten toonden aan dat katten de voorkeur gaven aan kattenliedjes zoals “Cozmo’s Air” en “Rusty’s Ballad” boven muziek die voor mensen was gecomponeerd.
Geur: verfijnd reukvermogen
Geur, in tegenstelling tot de andere vier zintuigen, is vanaf het begin goed ontwikkeld bij kittens. Het pasgeboren katje gebruikt snel zijn neus om de dichtstbijzijnde tepel te vinden en zijn eerste slok voedzame biest en melk te krijgen.
Experts geloven dat het reukvermogen van een kat ongeveer veertien keer beter is dan dat van ons. Het reukepitheel van een huiskat – het gespecialiseerde weefsel in de neus met receptoren die geuren detecteren – is vijf tot tien keer groter dan dat van een mens. Hierdoor hebben katten tot 200 miljoen gespecialiseerde cellen die geuren detecteren, in vergelijking met onze slechts vijf miljoen.
Katten hebben nog een ander hulpmiddel tot hun beschikking: het orgaan van Jacobson. Dit orgaan, boven de mond verstopt, heeft receptorcellen die verbonden zijn met het deel van de hersenen dat geassocieerd wordt met seksueel, voedings- en sociaal gedrag. Je hebt het vast wel eens gezien, dat ze hun bek een klein stukje openen en hun bovenlippen een beetje krullen als ze iets interessants ruiken. Die reactie wordt de Flehmen-respons genoemd. Hierbij worden luchtmoleculen naar het orgaan van Jacobson geleid. De ingeademde lucht blijft vastzitten op het reukepitheel en/of het orgaan van Jacobson. Hierdoor krijgen poezen een extra kans om geurmoleculen te detecteren.
Kat opent zijn bek wanneer hij iets interessants ruikt. Dit wordt ook wel ‘stinky face’ genoemd.
Aanraking: snorharen als geheime wapens
Is er iets leukers dan snorharen op een kitten? Voor katten zijn deze gevoelige haren echter van vitaal belang. En helpen ze bij het verkennen van de wereld om hen heen.
Een snorhaar, ook wel vibrissa genoemd, is langer en dikker dan normaal kattenhaar. Elke snorhaar van een kat groeit vanuit een haarzakje vol met zenuwen en bloedvaten. Hierdoor zijn ze net zo gevoelig als menselijke vingertoppen. Deze vibrissae helpen om het minder goed ontwikkelde nabijzicht van katten te compenseren. Ze detecteren subtiele luchtbewegingen die de aanwezigheid van een prooi kunnen aangeven en helpen katten bij het navigeren rond obstakels.
De wereld volgens jouw kat
Dus, nu je wat meer weet over de wetenschap achter hoe jouw kat de wereld ziet, hoor je, ruik je, en begrijp je beter hoe je hem of haar nog gelukkiger kunt maken!
Bron:
©Animalstoday.nl Liesbeth Riekwel