Indonesië heeft opgezette Sumatraanse tijgers, ivoor en andere wildlife trofeeën, die door de autoriteiten in beslag waren genomen, verbrand in een poging een einde te maken aan de illegale stroperij en handel in wildlife producten.
Het was een gruwelijk gezicht, de brandende tijgers, slagtanden, botten en huiden van met uitsterven bedreigde diersoorten, zoals op foto’s is te zien. De producten werden in de stad Banda Aceh midden op straat, voor ieders ogen, verbrand. Het Indonesische Ministerie van Bosbouw en Aceh’s Nature Conservation Agency hopen dat het verbranden van illegale wildlife producten bewustzijn creëert en dat het helpt de miljardenindustrie een halt toe te roepen.
Elk jaar worden er 40 miljoen dieren voor hun huid gedood. De afgelopen maanden zijn er verschillende stropers opgepakt en illegale wildlife producten in beslag genomen. De maximale straf in Indonesië voor het verhandelen van onderdelen van beschermde diersoorten is vijf jaar gevangenisstraf en een boete van bijna 9.000 euro.
Het is niet de eerste keer dat Indonesië tijgerhuiden en andere wildlife producten verbrandt. Op 2 februari 2016 leek het even of het hoofdbureau van de politie in Jakarta in brand stond toen ze bezig waren tijgerhuiden en botten te verbranden. Waarom verbrandt Indonesië wildlife producten? Om te laten zien dat deze huiden geen waarde hebben. Deze huiden hebben legaal alleen een waarde op het dier zelf, in de natuur.
Bron ©PiepVandaag.nl Monique van Dijk Armor