De ontbossing in het grootste regenwoud op aarde blijft dalen, ondanks een toename van het aantal bosbranden. Volgens nieuwe gegevens van de Braziliaanse overheid is de ontbossing in het Amazonegebied gedaald naar het laagste niveau sinds maart 2018. Dat kan inhouden dat herstel mogelijk wordt en vooral grote vogels kunnen daaraan een flinke bijdrage leveren.
Het Braziliaanse deel van het Amazonegebied beslaat ongeveer twee derde van dit grootste regenwoud op aarde. De ontbossing voor 2024 tot nu toe is met 40 procent gedaald vergeleken met 2023, met verwachtingen voor een aanzienlijke jaarlijkse daling wanneer het ‘ontbossingsjaar’ op 31 juli eindigt. Ondanks de afnemende ontbossing kampt de regio wel met een toename van het aantal bosbranden door ernstige droogte.
Ontbossing verplaatst
Terwijl de ontwikkeling voor het Amazonegebied hoopvol lijkt, neemt de ontbossing in de aangrenzende Cerrado toe. Een nieuw monitoringmodel dat satellietbeelden combineert met kunstmatige intelligentie, kan variaties in het volume van de Braziliaanse watervoerende lagen identificeren. In de Urucuia, een van de grootste watervoerende lagen, nam het watervolume in 20 jaar met 31 kubieke kilometer (km3) af. Het meeste water verdween in het westen van Bahia, waar plantages met monoculturen terrein winnen.
.
Ontbossing Amazone is gehalveerd, maar ten koste van Cerrado?
.
Volgens onderzoekers is er weinig kennis over het grondwater van Brazilië, dat 2,84 miljoen vierkante kilometer beslaat. Er zijn weinig instrumenten om het te monitoren. Aquifers (geologische lagen waarin het grondwater kan bewegen) zijn van vitaal belang voor evenwichtige ecosystemen en het menselijk bestaan. Hoewel slechts 3 procent van het water op aarde zoet is, bevindt bijna 99 procent daarvan zich in deze geologische aardformaties. Ondanks hun belang is er weinig over bekend hoe het water, dat bijna altijd onzichtbaar onder onze voeten stroomt, rivieren en meren van water voorziet, vooral tijdens droge perioden.
Hoewel de afname van de ontbossing een positief teken is voor het Amazoneregenwoud, leidt een toename van het aantal bosbranden door historische droogte in de regio tot grote zorgen. De cumulatieve omvang van het verbrande gebied in het Amazonegebied in de afgelopen twaalf maanden heeft het hoogste niveau bereikt sinds 2018.
.
Destabilisatie
Wetenschappers waarschuwen dat de combinatie van ontbossing en de gevolgen van klimaatverandering kan leiden tot destabilisatie van het Amazoneregenwou. Dat zou weer kunnen leiden tot een enorme sterfte van bomen in de zuidelijke en oostelijke delen van het Amazonegebied. Een dergelijke ontwikkeling zou de neerslagpatronen op continentale schaal beïnvloeden en een wijdverbreide achteruitgang veroorzaken van soorten die afhankelijk zijn van het ecosysteem van het regenwoud.
Het goede nieuws is dat grote vogels de opslag van CO2 in het bos kunnen stimuleren – als ontbossing in welke vorm dan ook niet tussenbeide komt. Bomen leggen zolang ze groeien koolstof (CO2) vast. Dat doen ze in het hout van de stam, de takken én in de wortels. Een groot gedeelte van de CO2 die door een boom wordt opgenomen in de wortels, wordt opgeslagen in de vorm van suikers. Hier zit de grote kracht van een bos om als ‘carbon sink‘ te fungeren.
Een nieuwe studie toont aan dat grote fruitetende vogels in het Braziliaanse Atlantische Woud kunnen bijdragen aan een toename van 38 procent in de CO2-opslag door tropisch bos te regenereren. Soorten als de toekan, de donkerpotige guan en de krulkuifgaai helpen fruitzaden naar aangetaste gebieden te transporteren. Hoe? Door fruit te eten waarvan ze de de zaden elders weer uitpoepen.
Grote vogels, veel biomassa
Hoe groter de vogel, des te groter het zaad dat ze eten en de biomassa van de boom die eruit groeit. Uit grote vogels groeien grote bomen. En dus verhogen grote vogels het potentieel van CO2-vastlegging. Alle plantenetende vogels spelen een belangrijke rol bij het herstel van bossen. Maar grotere vogels helpen met de verspreiding van bomen met een grotere biomassa. Datt is de bevinding van een nieuwe studie door Zwitserse onderzoekers, gepubliceerd in het tijdschrift Nature Climate Change. Coauteur Danielle Leal Ramos, ecoloog aan de São Paulo State University legt uit:
“Normaal gesproken produceren bomen met een hogere houtdichtheid grotere vruchten. Deze bomen hebben een groter potentieel voor accumulatie van biomassa en koolstofvastlegging. Het zijn grote, dichtbeboste en langzamer groeiende bomen.”
Het onderzoek geeft echter ook aan dat in aangetaste bossen de beweging van vogels beperkt is. Dat leidt tot minder zaadverspreiding en daaruit volgende koolstofopname. Op deze plaatsen zijn de beboste plekken klein en te ver uit elkaar gelegen. Als gevolg hiervan moeten vogels langere vluchten maken en worden ze meer blootgesteld aan roofdieren en extreme weersomstandigheden. Dit is een probleem voor soorten die gewend zijn aan dichtere vegetatie. Danielle Leal Ramos:
“Het terugdringen van ontbossing en het herstellen van bossen spelen een fundamentele rol bij het verminderen van CO2 in de atmosfeer en het verzachten van de klimaatverandering. Er zijn echter veel belemmeringen voor grootschalig herstel, zoals de hoge kosten, de mate van bodemdegradatie en het gebrek aan zaadbanken.”
In tropische bossen, zoals het Amazonegebied of het Atlantische Woud, zijn volgens haar de meeste plantensoorten voor de verspreiding van hun zaden afhankelijk van dieren. In gedegradeerde gebieden vervullen vogels deze rol door zaden te transporteren en te planten.
.
.
Koolstofopslag is een hot item. Bijna letterlijk, vanwege de link met de opwarming van het klimaat. Elk uitgestoten ton CO2 draagt bij tot de opwarming van de aarde, maar elke uitstootvermindering kan die opwarming vertragen.
Intensiever in de Amazone
Het Atlantische Woud wordt beschouwd als de meest verwoeste, oorspronkelijke Braziliaanse bossen, waarvan iets meer dan 10 procent resteert. Maar een eerdere studie toont aan dat afname van koolstofopslag door het verlies van grote plantenetende soorten groter is in het Amazoneregenwoud. Helemaal als we niet alleen rekening houden met de effecten van grote vogels. Ook primaten en andere zoogdieren, zoals tapirs en navelzwijnen dragen een steentje bij. Het behoud en herstel van grote bossen is essentieel voor de bestrijding van de klimaatverandering. Grote vogels en andere dieren kunnen daarbij dus erg van nut zijn.
Bronnen:
- Mongobay [1, 2]
- Lees ook op AnimalsToday:
.
©AnimalsToday.nl Marianne Miltenburg