Eind november was ik voor overleg met collega’s in Engeland, het land waar ze Sinterklaas en Zwarte Piet niet kennen en dus al vroeg de blik richten op Kerstmis. Terwijl de Nederlandse consument nog bezig was met pepernoten en chocoladeletters, presenteerden de Britse bladen alvast hun kerstmenu. In de trein vond ik de Daily Mail, die alvast een gratis magazine weggaf waarin een Britse beroemdheid kersttips presenteert. Op de cover prijkt zij met het symbool van het Britse kerstdiner: een vette kalkoen.
Kalkoen met kerst
In Nederland wordt kalkoen minder vaak gegeten dan aan de overzijde van de Noordzee, maar het zou me verbazen als het dier deze maand ontbreekt in de bladen en de schappen van de supermarkten. Laten we dus eens kijken hoe het staat met het leven van deze dieren, vóórdat ze geslacht worden om uiteindelijk te belanden in onze ‘feestgerechten’.
Plofkalkoen
In de Nederlandse kalkoen-industrie leven ongeveer 1 miljoen dieren. Dat is een groot aantal, maar in vergelijking met varkens- of pluimveehouderij is het een kleine sector. Toch betekent dit niet dat kalkoenen een beter leven hebben dan varkens of kippen. Het lijden van kalkoenen in de vee-industrie doet denken aan dat van de plofkip. Veel problemen die we kennen uit de vleeskuikenhouderij zien we ook bij kalkoenen. Denk maar aan de overvolle stallen waarin de dieren in hun eigen uitwerpselen en urine staan, aan pijnlijke poten en aan allerlei gezondheidsproblemen.
Geen seks
Toch is er een belangrijk verschil met plofkippen. Terwijl kuikens snel groeien tot een gewicht van ruim 2 kilo worden kalkoenen veel zwaarder en het gewichtsverschil tussen de seksen is groot. Een hen weegt zo’n 10 kilo terwijl een haan wel 20 kilo zwaar kan zijn. Dit heeft gevolgen voor de voortplanting. Omdat kalkoenen in de vee-industrie onnatuurlijk vaak gedekt worden kan het tot fikse beschadigingen aan de hennen leiden als de hanen hun gang mochten gaan. Daarom worden kalkoenhennen kunstmatig geïnsemineerd, en dat is misschien maar goed ook.
Beter leven
Maar het is natuurlijk niet wat we willen. We willen immers allemáál dat dieren een goed leven hebben. Om dat te realiseren moet de veehouderij veranderen en moeten we dieren weer zó gaan houden dat natuurlijk gedrag mogelijk is. Daarom vragen we iedereen die kiest voor vlees met kerst te kiezen voor vlees dat niet uit de vee-industrie komt, maar dat afkomstig is van dieren die naar buiten kunnen.
Wat eet jij?
Juist in deze feestmaand met haar wensen en goede voornemens is het daarom jammer te zien dat diervriendelijkere kalkoen in Nederland moeilijk te vinden is. Wie toch op zoek gaat komt waarschijnlijk uit bij het Franse Label Rouge merk, of bij biologische kalkoen uit het buitenland. Of zou de Vegetarische Slager verstokte vleeseters kunnen overtuigen met zijn nauwelijks van echt te onderscheiden namaakkkalkoen?
©PiepVandaag.nl Geert Laugs, directeur CIWF Nederland
Strijd mee tegen dierenleed!
Related posts
1 Comment
Comments are closed.
Ik ben helaas een mens, maar heb gelukkig wel de keus om geen aaseter te willen zijn.
Je moet je kop wel heel diep in het zand steken om nog plezier te hebben in het je volproppen met dierenlijken, ook zo gezond, maar daar hebben we de farma-industrie voor.