In de jaren twintig van de vorige eeuw ontstond interesse in het onderzoeken van taal, en het ontstaan van taal, met behulp van niet-menselijke primaten. Er werd een nieuw soort experiment ontwikkeld, waarbij chimpansees door mensen – meestal een echtpaar dieronderzoekers – in huis werden genomen en opgevoed als een mensenkind.
Chimpansee Washoe werd in het wild geboren en van haar ouders afgenomen door de Amerikaanse luchtmacht voor ruimte-experimenten. Alex en Beatrix Gardner namen haar in huis voor een experiment van de universiteit van Nevada. Ze voedden haar op als een kind: ze trokken haar kleertjes aan en ze at aan dezelfde tafel als zij, ging mee met ritjes met de auto, speelde buiten. Ze had speelgoed, boeken, een eigen tandenborstel. Het aanleren van gebarentaal verliep voorspoedig. Washoe leerde niet alleen wat haar expliciet werd aangeleerd, ze keek ook naar de gebaren die mensen onderling maakten en nam die over, en ze vormde zelf woorden (zoals het combineren van de gebaren voor water en vogel om zwaan te maken). Ze begreep dat het gebaar voor hond naar alle honden kon verwijzen, en kon simpele zinnen vormen. Toen Washoe vijf was vonden de Gardners het welletjes, en verhuisde ze naar een onderzoeksinstituut, ze heeft tot haar dood in een laboratorium geleefd.
Washoe:
In het laboratorium werd haar taalvermogen verder onderzocht; ze leerde in totaal ongeveer 250 gebaren aan. Ook leerden de onderzoekers over wat ze dacht en voelde. Washoe herkende zichzelf in de spiegel en schrok toen ze voor het eerst andere chimpansees leerde kennen. Als er nieuwe studenten kwamen om met haar te werken, ging ze expres langzamer gebaren zodat ze het makkelijker bij konden houden. Een van de verzorgers van Washoe was zwanger en kwam een aantal weken niet, waarna Washoe beledigd was en haar negeerde. Ze besloot Washoe te vertellen wat er gebeurd was, en gebaarde dat haar kindje dood was. Washoe keek eerst weg en haar daarna aan, en maakte heel zorgvuldig het gebaar voor huilen. Chimpansees huilen niet, Washoe had geleerd dat mensen dat doen als ze verdrietig zijn. De verzorger zei later dat het simpele gebaar haar meer zei over haar innerlijke wereld dan de kunstmatige zinnen die ze kon vormen.
Koko:
Het vermogen om mensentaal aan te leren werd ook bij andere primaten onderzocht. Gorilla Koko kent meer dan duizend gorillagebaren en begrijpt meer dan tweeduizend gesproken mensenwoorden. Koko houdt van grapjes maken en heeft een goed geheugen. De gebaren die ze leerde stellen haar in staat herinneringen over te brengen, wat mensen inzicht geeft in de belevingswereld van gorilla’s. Bonobo Kanzi, een andere bekende niet-menselijke primaat, leerde zichzelf gebaren door video’s van Koko te bekijken. Zijn trainer begreep pas dat hij dit kon toen hij ineens in gebaren communiceerde met een antropoloog. Kanzi leerde eerder al lexigrammen gebruiken. Een lexigram is een symbool op een keyboard dat bij de kunstmatige primatentaal Yerkish gebruikt wordt. Kanzi kent 210 lexigrammen, als hij een gesproken woord hoort op de koptelefoon drukt hij op de juiste knop. Kanzi maakt graag omeletten, kan Pacman spelen en is een begenadigd maker van gereedschap. Hij kan bijvoorbeeld messen maken van stenen, die goed scherp zijn.
Kanzi:
Mensen hebben in huishoudens en laboratoria het vermogen om mensentaal aan te leren onderzocht van talloze dieren, van vogels tot dolfijnen. De grote vraag is steeds of ze taal gebruiken, of simpelweg woorden herhalen. Psycholoog Irene Pepperberg richtte zich in het onderzoeken van grijze roodstaartpapegaai Alex specifiek op deze vraag. Papegaaien zijn zoals iedereen weet in staat menselijke woorden na te zeggen. Er werd lang aangenomen dat ze vooral goed waren in imiteren. Men kon een papegaai misschien leren ‘hallo’ te zeggen als begroeting, maar daar bleef het bij. In 1978 begon Pepperberg met haar onderzoek naar hun vermogen tot het aanleren van taal. Ze ging daarbij uit van hoe communicatie bij vogels werkt. Het aanleren van taal is bij papegaaien sterk verbonden met handelen. Pepperberg leerde Alex woorden aan door hem zelf zijn beloningen te laten bepalen, en de woorden steeds met gebruik te verbinden. Door woorden te leren, kreeg Alex dus meer controle over zijn omgeving. Hij kon aangeven welke snoepjes hij wilde als beloning, en wanneer hij pauze wilde of naar buiten wilde. Pepperberg maakte hier gebruik van in het aanleren van nieuwe woorden. Door de woorden die ze Alex aanleerde, kreeg ze inzicht in hoe hij dacht.
Alex:
Alex ontwikkelde op deze manier een woordenschat van ongeveer 150 woorden, en kon 50 voorwerpen herkennen. Hij was in staat vragen over de voorwerpen te begrijpen en te beantwoorden. Hij leerde kleuren, vorm, materiaal en functie herkennen. Hij begreep bijvoorbeeld waar een sleutel voor was. Nieuwe sleutels met een andere vorm herkende hij als sleutel. Ook had hij inzicht in concepten als ‘hetzelfde’, ‘anders’, ‘groter’, ‘kleiner’, ‘ja’, ‘nee’ en ga zo maar door. Als Alex verveeld was, antwoordde hij soms expres verkeerd. Verder kon hij tellen, begreep hij het concept ‘nul’, begreep hij hoe zinsbouw werkt en stelde hij zelf woorden samen. Als Pepperberg en haar assistent fouten maakten, corrigeerde Alex die. Hij oefende soms woorden als hij alleen was. Alex vroeg Pepperberg ook een keer wat voor kleur hij zelf had, een behoorlijk existentiële vraag voor een papegaai.
Onderzoek waarin dieren geleerd wordt om zich uit te drukken in mensentaal kan ons van alles leren over niet-menselijke dieren en mens-dier relaties. Bijvoorbeeld over hoe ze in staat zijn om mensen na te doen en hoe ze kunnen leren, maar ook over hoe mensen zichzelf graag als middelpunt van het universum zien en hun taal als de enige ware beschouwen, en hoe ze wreedheid in dieronderzoek niet schuwen. Het delen van een taal kan ons ook inzicht geven in de emoties en cognitie van niet-menselijke dieren, zoals wanneer Washoe gebaart over verdriet, of wanneer Alex vraagt welke kleur hij zelf is. Het zegt ons alleen niet zoveel over de talen van andere dieren, en over wat taal eigenlijk is. Volgende week ga ik daar verder op in.
Eva Meijer is beeldend kunstenaar, filosoof, schrijver en singer-songwriter. Ze werkt aan een proefschrift over politieke stemmen van het dier en auteur van Dierentalen, een boek over dierentalen en de vraag wat taal eigenlijk is. Meer informatie is te vinden op haar website: www.evameijer.nl.
©PiepVandaag.nl