Vlak voordat de moordenaars van Taiji aan hun kerst en oud & nieuw vakantie begonnen, werden op 23 december de eerste witgestreepte dolfijnen van dit seizoen naar de kust gedreven.
Enkele jaren geleden nog werd deze soort gewoon de Cove ingejaagd net als alle andere slachtoffers, maar omdat deze relatief kleine, hyperactieve, hoogspringende dolfijnen zich in paniek op de rotsen wierpen en zich tot bloedens toe openhaalden, worden ze tegenwoordig met netten ingesloten voor de haveningang van Taiji. Net als bij de zegenringvisserij voor tonijn wordt de omtrek van het net steeds kleiner gemaakt, totdat de dolfijnen verstrikt raken in de mazen en ze met net en al in de skiffs kunnen worden getild.
De jacht op de witgestreepte dolfijn is een duidelijk voorbeeld van hoe de bloedbaden in Taiji niets met cultuur of traditie te maken hebben, maar aangestuurd wordt vanuit de dolfijnen slavernij-industrie. Het Japanse visserij-agentschap voegde de witgestreepte dolfijn pas in 2007 toe aan het ‘assortiment’ dolfijnen met een quotum voor de drijfjacht in Taiji. Als reden werd opgegeven ‘hevig aandringen van de ‘vissers’ om op deze soort te mogen jagen.’
Zoals zo vaak met officiële uitlatingen van het Japanse ministerie van visserij, waaronder de walvisjacht en de jacht op dolfijnen vallen, was dit een gefabriceerde leugen. Het werkelijke verzoek kwam van een overkoepelende organisatie van Japanse dierentuinen en aquaria. De organisatie Elsa Nature Conservancy onderschepte een interne memo van augustus 2006, waarin de directeuren van de dierentuinen en aquaria zich beklaagden over het feit dat het zo moeilijk voor ze was om aan de populaire witgestreepte dolfijnen te komen en dat het iedereen goed uit zou komen als deze soort aan de drijfjacht in Taiji zou kunnen worden toegevoegd.
Een jaar later werd het groene licht hiervoor gegeven en in 2008 werden de eerste 21 witgestreepte dolfijnen in Taiji gevangen, 16 daarvan verdwenen voor de rest van hun leven in betonnen badjes, de overige 5 werden afgeslacht.
Er is nog een interessant verband tussen de slavernij-industrie en Taiji met betrekking tot witgestreepte dolfijnen. In augustus 2012 diende SeaWorld San Antonio een verzoek in voor de import van de toen 6-jaar oude witgestreepte dolfijn Kirara vanuit Kamogawa Seaworld in Japan. Kirara werd in 2006 in gevangenschap geboren, maar haar ouders waren in 1994 met netten in Japanse wateren gevangen. Om toestemming te krijgen voor invoer in de Verenigde Staten moet aan een aantal eisen worden voldaan. Eén daarvan is dat import in de VS niet leidt tot de vangst van nieuwe dieren in Japan. Een twijfelachtige claim waneer het juist de dierentuinen en aquaria zijn die de jacht op witgestreepte dolfijnen gestimuleerd hebben. SeaWorld had Kirara vóór maart 2013 in bezit willen hebben, maar dat is niet gebeurd. Toen ik een maand of twee geleden bij NOAA, de Amerikaanse overheidsinstantie die over de vergunning gaat, informeerde, lieten ze me weten dat er nog geen beslissing was genomen.
De vier witgestreepte dolfijnen gevangen op 23 december werden opgesloten in de drijvende kooien van de haven van Taiji, te kostbaar voor de slacht.
Dat gold niet voor de 10 grijze dolfijnen die op 20 december en de 12 die op 22 december de Cove werden ingedreven. Geen van deze dieren werd geschikt bevonden voor slavernij en dus werden ze allen afgemaakt.
Erwin Vermeulen is hoofdwerktuigkundige op een schip, fotograaf, vrijwilliger bij Sea Shepherd en woont samen met zijn vriendin Susan, een dove kat, een eenogige kat, een kat met één nier en een dove en blinde hond.
©PiepVandaag.nl