In de Oostvaardersplassen blijken de afgelopen zomer zeker 60.000 vissen te zijn gestorven. Dat heeft de provincie laten weten op vragen van de Partij voor de Dieren in Flevoland. De vissterfte blijkt een stuk hoger dan toe nu toe werd aangenomen. Vooral grote vissoorten werden de dupe, zoals brasems en karpers.
Bezoekers van de Oostvaardersplassen maakten eind juli melding van honderden dode vissen in het gebied. Leonie Vestering van de Partij voor de Dieren in Flevoland:
“Na de zomer in 2018 heeft de provincie Flevoland het waterpeil in het moeras van de Oostvaardersplassen kunstmatig laag gehouden. Het waterpeil kon zich daardoor in de natte herfst en wintermaanden niet herstellen. Toen de bloedhete zomer in 2019 aanbrak, verdampte een groot deel van het reeds lage waterpeil in het moeras. De provincie Flevoland heeft het nagelaten om de vissen eerst af te vangen, alvorens dit waterpeil kunstmatig laag gehouden werd.”
De vissterfte had voorkomen kunnen worden. Vestering verwijt de provincie ontwijkend gedrag:
“Pas op het allerlaatste moment op de heetste dagen ooit gemeten werd er navraag gedaan over de mogelijkheid om de vissen te vangen en in het markermeer uit te zetten. Maar toen was het al te laat. 60.000 vissen dood. Als wij het college hierover vragen stellen, dan zijn de antwoorden ontwijkend. Verantwoordelijkheid wordt niet genomen.”
De vissen hadden eerst afgevangen moeten worden voordat ze het moeras lieten ‘leeglopen’, aldus Vestering:
“Na alle gezonde edelherten die onrechtmatig zijn gedood blijkt dat ook hier de provincie haar gruwelijke gang kan gaan.”
- Lees ook:
.
Aangifte om verwaarlozing karpers in drooggevallen Driepoel Geleen
.
Bron:
©AnimalsToday.nl