Zeespiegelstijging, clusterbuien en droogte. De snelheid waarmee het klimaat verandert vormt voor dieren een grote uitdaging. Hun leefgebied wordt ongeschikt, voedselbronnen verdwijnen en ziekteverwekkers verschijnen. Klimaatverandering en menselijk handelen veranderen het gedrag en zelfs het uiterlijk van dieren.

Het effect van klimaatverandering en menselijk handelen op dieren
Olifant zonder slagtanden als reactie op stropen | Foto: screenshot video Africa Adventures/YouTube

Volgens sommige studies dreigen duizenden soorten uit te sterven, al lijken dieren en planten zich ook voor een deel aan te passen. Zo beginnen sommige vogels vroeger te broeden, omdat bomen eerder blaadjes krijgen en de rupsenpopulatie al vroeg piekt, en begraven bepaalde hagedissensoorten hun eieren dieper, in koeler zand. Ook komt het voor dat veranderingen in het DNA soorten beter opgewassen maken tegen de klimaatverandering, bijvoorbeeld doordat een diersoort zich in het wild genetisch aanpast om warmte beter te kunnen verdragen. Veranderingen in de populatie van een soort werken door naar die van vele andere.

pimpelmees met rups
Pimpelmees met rups | Foto: Olivier Bacquet/Wikipedia

Signaalsoorten

‘Signaalsoorten’ zijn vaak de eerste organismen – een bacterie, plant of dier – die reageren op klimaatveranderingen en vervuiling in een bepaald ecosysteem. Door veranderingen in het gedrag, de fysiologie en de aantallen van signaalsoorten in de gaten te houden, kunnen wetenschappers de gezondheid van een ecosysteem als geheel beoordelen. Zo weerspiegelen rivierkreeftjes de kwaliteit van het zoetwater waarin ze leven en is de slechtvalk een signaalsoort die meteen reageert op de schadelijke invloed van landbouwbestrijdingsmiddelen – eierschalen van deze roofvogel worden dan dunner.

Het effect van klimaatverandering en menselijk handelen op dieren
Kikker met extra poten | Foto: Oregon State University/flickr

Opwarming vergroot effect pesticiden op fauna

Kikkers en padden zijn ook duidelijke signaalsoorten. Met hun poreuze huid nemen ze zuurstof uit hun omgeving op – en dus ook gifstoffen. Daardoor zijn ze extreem kwetsbaar voor veranderingen in lucht- en waterkwaliteit en vaak de eerste organismen die worden aangetast door landbouwbestrijdingsmiddelen. Overal ter wereld zijn populaties amfibieën door het gebruik van deze middelen sterk afgenomen of hebben misvormingen ontwikkeld, zoals extra poten (kikkers). De veroorzaker van deze misvormingen is een parasiet, de platworm ribeiroia, die als eerste zoetwaterslakken infecteert, vervolgens vissen en amfibieën, en ten slotte vogels en zoogdieren.

Klimaatverandering zorgt ervoor dat dieren fysiek veranderen. Omdat bij hogere temperaturen de stofwisseling sneller verloopt, ontwikkelen planten en dieren zich sneller, maar blijven ze kleiner. Verscheidende soorten beschikken ondertussen al over grotere snavels – terwijl hun lichaamsgrootte krimpt; muizen krijgen langere staarten; konijnen forsere oren.
.

Diederik van Liere: Door de trechter of niet?

.
Platvissen zijn door overbevissing kleiner geworden en worden sneller volwassen en vruchtbaar. Ook sardines in de Middellandse Zee worden steeds kleiner als gevolg van de klimaatverandering. Hun gemiddelde lengte daalde aanzienlijk; van 15 tot 11 centimeter. Deze evolutie is volgens wetenschappers niet te wijten aan overbevissing – sardines behoren tot de zwaarst beviste soorten – of aan de opkomst van natuurlijke roofdieren, en ook virussen hebben er niets mee te maken. De oorzaak is te vinden in het dieet van de vissen, wat bestaat uit plankton, dat óók in afmetingen achteruitgaat. Opwarming verschuift ook de timing van biologische cycli. Wereldwijd leggen kikkers en andere amfibieën hun eitjes elk decennium gemiddeld acht dagen eerder, terwijl vogels en vlinders zich vier dagen eerder voortplanten.

De natuur past zich wel aan, maar gevreesd wordt dat ze wel een stuk minder soortenrijk zal worden. Insectensoorten die op een enkele plantensoort leven, dreigen op een dood spoor te belanden.
.

Diederik van Liere: Door de trechter of niet?

Klimaatverandering genadeslag voor sommige dieren

Door klimaatverandering slinkt de populatie van veel dieren. Vooral koude minnende dieren en ‘neutrale’ dieren vertrekken uit Nederland of gaan dood; warmte minnende dieren zijn juist aan een opmars bezig. Onderzoekers van het CBS keken hoe de populaties groeiden of slonken van verschillende diersoorten vanaf het jaar 2000. Daaruit bleek dat er 12 procent meer dieren zijn die van warmte houden, terwijl het aantal ‘neutrale’ soorten daalde met 18 procent. Van de dieren die wel van kou houden, is 40 procent sinds 2000 verdwenen. Vlinders, vogels, maar ook eencelligen en zoogdieren.
.

Keizerspinguïn mogelijk over 80 jaar uitgestorven

Veel vogels kunnen opwarming niet bijbenen

Gebleken is dat veel van de fysieke aanpassingen te traag gaan. Soms zelfs werkt de reactie averechts, want sommige vogels stellen hun broedseizoen uit in plaats van het te vervroegen. De rupsen die koolmezen normaal aan hun jongen voeren, komen door de opwarming eerder uit. Daardoor zijn ze al verpopt tegen de tijd dat de jonge koolmeesjes ten tonele verschijnen. De vogels hebben hierop gereageerd door hun broedschema iets te vervroegen. Jongen krijgen daardoor minder voedsel dan ze anders zouden krijgen, waardoor hun overlevingskansen verslechteren.
.

Vogels houden snelle verandering klimaat moeilijk bij

.
Naarmate de temperatuur stijgt, kunnen de populaties van groene schildpadden sterk scheeftrekken in het voordeel van vrouwtjes. Warmere eieren ontwikkelen zich tot vrouwtjes, koelere eieren tot mannetjes. Temperatuur tijdens de incubatie regelt het geslacht. Het verschil tussen man en vrouw is slechts een paar graden. Dat betekent dat zelfs kleine veranderingen in het klimaat de geslachtsverhouding kunnen vertekenen, waardoor mannen zeldzamer worden.

Wetenschappers ontdekten dat het aantal wijfjes van de groene schildpad veel en veel hoger lag dan het aantal mannetjes – in een verhouding van minstens 116 op 1. De opwarming van de aarde kan de populatie van zeeschildpadden dus exclusief vrouwelijk maken. Dit roept nieuwe vragen op over de aard van de bedreiging voor zeeschildpadden in de hele wereld en voor andere soorten die sterk reageren op veranderende temperaturen – van alligators en leguanen tot koornaarvissen, een belangrijke vissoort in veel beken en riviermondingen.
.

Schildpadden kunnen in het ei hun eigen geslacht bepalen

Ontstaan van nieuwe soorten

Over de hele wereld verschijnen door klimaatverandering nieuwe soorten door kruising. Padden, haaien, vlinders, beren en forellen zijn enkele van de voorbeelden die tot nu toe zijn gedocumenteerd. De pizzly’s in Canada zijn een kruising tussen een grizzlybeer en een ijsbeer. Normaal mijden grizzly’s en ijsberen elkaar. Door klimaatverandering trekt de grizzly meer naar het noorden en de ijsbeer meer naar het zuiden. Zo komen ze elkaar vaker tegen en ontstaat uit een paring de pizzly.
.

Olifanten evolueren door menselijk handelen

Buiten het feit dat de mens verantwoordelijk is voor de klimaatverandering, vinden er ook veranderingen bij dieren plaats waaraan de mens op een andere manier schuldig is. Afrikaanse olifanten blijken razendsnel te evolueren om de dreiging van stroperij te overleven. Dat schrijven evolutiebiologen in het wetenschappelijk vakblad Science. Biologen ontdekten in een olifantenpopulatie in Mozambique opmerkelijk veel slagtandloze vrouwtjesolifanten en concludeerden daaruit dat de soort zich in korte tijd zo heeft aangepast dat de slagtanden geen bedreiging meer vormen voor hun voortbestaan.

De slagtandloosheid wordt veroorzaakt door een genetische mutatie op het X-chromosoom. Vrouwtjes hebben twee van die chromosomen, mannetjes maar een. Door terug te vallen op het tweede X-chromosoom, blijven zij leven. Daardoor werden er in de olifantenpopulatie meer vrouwtjes dan mannetjes geboren.
.

.
Tijdens de burgeroorlog in Mozambique (1977 – 1992), werd er massaal op olifanten gejaagd – om met de opbrengst de oorlog te bekostigen. Dat betekende een decimering van het aantal olifanten. Jacintha Ellers, hoogleraar evolutionaire ecologie aan de VU:

“De stroperij leidde tot enorme sterfte. Maar de olifanten die geen slagtanden hadden, overleefden. Deze hadden dus een groot voordeel. Normaal duurt het generaties voor een diersoort zich aanpast aan veranderingen, maar dit gaat razendsnel.”

Volgens de hoogleraar zijn er genoeg mannetjesolifanten over om voor nakomelingen te zorgen:

“Ze leven in een haremstructuur; een mannetje heeft veel vrouwtjes.”

Verwacht wordt dat, als de gevaren voor de soort afnemen, de slagtanden op den duur weer terugkomen. Ze zijn nodig om wortels op te graven, schors van bomen te halen en bij het verdedigen van hun territorium.

Vormverandering als reactie op klimaatverandering en menselijk handelen is het directe bewijs van evolutie. Maar of het onder de huidige situatie ook op termijn de overlevingskansen vergroot?

Bronnen:

Klimaatverandering kost pinguïnlevens op Antarctica

©AnimalsToday.nl Marianne Miltenburg