In Europa gaat bijna twee derde van de amfibieënsoorten achteruit, onder meer door klimaatverandering, landbouwgif, ziekte en verlies aan habitat. Veel soorten hebben het onverminderd moeilijk. Wereldwijd staat 40,7 procent van de amfibieën onder druk.
Qua onderzoek is er relatief weinig aandacht voor soorten die algemeen voorkomen en wijdverspreid zijn, zoals de gewone pad, terwijl het verlies van algemene soorten een relatief grote impact heeft op de gezondheid van het ecosysteem. Behalve in ons land komen ook uit België, Verenigd Koninkrijk en Zwitserland) verontrustende berichten van drastische afnames van de aantallen padden. Maar kleiner in aantal of niet, amfibieën doen toch wat ze niet laten kunnen: trekken. En ook dan liggen er bedreigingen op de loer.
Paddentrek
De paddentrek is een jaarlijks terugkerend fenomeen, waarbij padden (en andere amfibieën) van hun winterverblijven naar het water trekken om zich voort te planten. Amfibieën gebruiken verschillende leefgebieden en leven zowel in het water als op het land. Voor enkele soorten, zoals bijvoorbeeld de gewone pad, kan het winterleefgebied tot wel enkele kilometers verwijderd zijn van het voortplantingswater.
De dieren komen praktisch gelijktijdig uit hun winterslaap en trekken dan massaal naar een nabijgelegen poel, plas of gracht om hun eieren af te zetten en te bevruchten. Padden en kikkers kunnen daarbij afstanden tot 1,5 km afleggen; ze trekken in rechte lijn, ondanks de vele hindernissen. De mannetjes beginnen eerst te trekken, maar doen er lang over omdat ze onderweg trachten een partner te strikken. Vrouwtjes, die groter worden en ook herkenbaar zijn aan de opgezwollen buik vol met eitjes, starten later maar treuzelen minder. In de poel, plas of gracht worden de eitjes afgezet en bevrucht. Vervolgens trekken de meeste dieren weg naar hun zomerbiotoop. Daar blijven ze de rest van het voorjaar en de zomer en eten zich vol.
Bekende trekkers
In Nederland en België zijn de bekendste trekkers onder de amfibieën de gewone pad (Bufo bufo) en de bruine kikker (Rana temporaria). Ook salamanders en heikikkers trekken. Van de zestien inheemse soorten amfibieën die Nederland telt komen er vier algemeen voor: de kleine watersalamander, gewone pad, bruine kikker en groene kikker. De overige elf soorten hebben een beperkte verspreiding binnen Nederland, of vinden in meer of mindere mate bedreigingen op hun pad, waardoor hun aantal daalt.
.
Februari tot april spits voor amfibieën
In ons land vindt deze trek meestal plaats in de periode februari tot april, met de piek in maart. De combinatie van temperatuur (minimaal 6°C) en luchtvochtigheid (hoe natter hoe beter) zijn belangrijk voor het op gang komen van de paddentrek. Tijdens milde, natte perioden kan het grootste deel van de populatie in zeer korte tijd naar het voortplantingswater trekken. Bij grote populaties kan dit om duizenden dieren per nacht gaan! Harde wind is ongunstig voor de paddentrek doordat de gevoelstemperatuur daalt en de dieren sneller uitdrogen. Bij een harde wind moet de verwachting voor de paddentrek daarom omlaag worden gesteld.
Soorten die laat naar hun voortplantingswater trekken (april-mei) zijn de rugstreeppad en boomkikker.
Honderden vrijwilligers in heel Nederland helpen de migrerende amfibieën een handje door ze ‘de weg over te zetten’, om te voorkomen dat ze worden doodgereden.
Bedreigingen alom
Natuurlijk is het verkeer een grote doodsoorzaak van deze dieren tijdens de trek, maar in substantiële aantallen komen dieren ook in de straat- en trottoirkolken terecht. Uit onderzoek door Stichting RAVON (Reptielen Amfibieën Vissen Onderzoek Nederland) is gebleken dat in Nederland naar schatting jaarlijks ruim een half miljoen volwassen amfibieën en een veelvoud daarvan aan jonge dieren in straatkolken terechtkomen.
Een groot deel van deze dieren volgt hoge stoepranden en valt dan al snel in een trottoir- of straatkolk. Doordat ze de kolk niet meer uit kunnen, gaan de amfibieën dood door verdrinking, uitdroging of voedselgebrek. In droge periodes heeft het water in kolken bovendien een grote aantrekkingskracht, de dieren zoeken dan actief vochtige en koele plekken op.
Het goede nieuws is dat er sinds november 2023 een goed werkende oplossing beschikbaar is. De hoektrap kan toegepast worden in zowel rechthoekige kolken (rioleringen) als in waterleidingputten. Voor ronde kolken is het lastiger, maar ook daarvoor werkt RAVON aan een oplossing. Tenslotte is het belangrijk om de uitklimvoorzieningen te combineren met andere, preventieve maatregelen.
Helaas hebben amfibieën met veel meer gevaren te maken. Zo dreigen ze wereldwijd ten onder te gaan aan de gevaarlijkste schimmel ooit.
.
Schimmel sluipmoordenaar
Al tientallen jaren worden overal ter wereld kikkers en salamanders gedood door een sluipmoordenaar, die de huid van amfibieën opeet terwijl ze nog leven (Batrachochytrium dendrobatidis – Bd). Volgens een internationaal team van 41 wetenschappers wordt de wereldwijde biodiversiteit meer dan ooit aangetast door deze schimmel, die onbewust wordt verspreid door de mens. Hoogleraar An Martel (Universiteit Gent) leidde een onderzoek naar de bedreigingen van de amfibieënschimmel:
“Dat deze schimmel de populaties in Europa zo sterk heeft doen terugdringen, is angstwekkend.”
.
Inmiddels is bekend dat minstens 500 kikker- en salamandersoorten door de uitbraak zijn getroffen.
Negentig van die 500 soorten zijn inmiddels uitgestorven. Wendy Palen, bioloog van de Simon Fraser University in British Columbia die over het onderzoek berichtte voor het tijdschrift Science:
“Chytridiomycota (schimmels) zijn de meest verwoestende ziekteverwekkers die ooit wetenschappelijk zijn beschreven – dat is een behoorlijk schokkende constatering.”
Deze uiterst agressieve Bd-schimmel komt oorspronkelijk uit Azië en decimeerde al amfibiepopulaties in Noord- en Latijns-Amerika, Australië en Afrika. Vermoedelijk is de schimmel meegereisd met geïmporteerde amfibieën. Hoewel de schimmel wijdverspreid is in Europa, werden vooralsnog vooral populaties in delen van Centraal-Spanje en de Pyreneeën zwaar getroffen. Waarom de ziekte op sommige plaatsen zo lelijk huishoudt, en op andere niet, is onduidelijk. Zoals gezegd, zijn er veel bedreigingen waardoor achteruitgang bij padden en kikkers plaatsvindt.
Leefomgeving ontoereikend voor amfibieën
Zeer zorgelijk is dat RAVON ook achteruitgang ziet van algemene soorten zoals de gewone pad, bruine kikker en levendbarende hagedis. De kwaliteit van de leefomgeving is kennelijk niet meer toereikend om populaties van deze soorten in stand te houden. Om deze neerwaartse trend te stoppen en populaties te laten herstellen is een minimale basiskwaliteit van de natuur nodig.
Maak het gezellig voor de padden in je tuin
Met een paddenverblijf in je tuin bied je deze dieren onderdak en een toevluchtsoord! Het enige wat je nodig hebt is een terracotta pot met een diameter van minimaal 20 centimeter. Plaats de pot ondersteboven op een schaduwrijke, donkere locatie onder een kleine hoek met een steen of stok, met het open gedeelte aan de onderkant op zachte grond. Hierdoor kan de pad in zijn prachtige nieuwe huis kruipen en zich in de zachte grond nestelen. Als het gebied erg droog is, plaats dan een schotel met water in de grond naast het verblijf van de pad. Zo heeft de pad een plek om af te koelen.
- Wil je ook padden helpen met oversteken? Meld je dan hier aan.
Bronnen:
#GNvdD: Schotse parkwachters helpen padden tijdens hun gevaarlijke reis
©AnimalsToday.nl Marianne Miltenburg