Nederland kan alweer een soort aan haar zeenaaktslakkenlijst toevoegen. Tijdens Expeditie Zuid 2016 van Stichting Duik de Noordzee schoon werd de zeenaaktslak Doto pinnatifida aangetroffen op Nederlands grondgebied. Deze soort voedt zich uitsluitend met de hydroid Zeespriet (Nemertesia antennina). Daarom wordt bij deze voorgesteld om de soort de Nederlandse naam Zeespriet-kroonslak te geven.
De Zeespriet-kroonslak (Doto pinnatifida) is nu de 7e in Nederland voorkomende soort uit de familie van de kroonslakken. Deze familie kenmerkt zich door rhinoforen (reuksprieten) die in een kroonvormige schede op de kop staan. De cerata (uitstulpingen op de rug) staan in twee rijen gepaard aan weerszijden van de rug. Kroonslakken voeden zich met hydroidpoliepen. De Zeespriet-kroonslak voedt zich exclusief met Zeespriet (Nemertesia antennina) en dankt hieraan haar Nederlandse naam. Zeespriet komt voor op harde ondergronden in gebieden die onderworpen zijn aan een matige tot sterke stroming. Zeespriet wordt in het Nederlandse kustgebied, de Oosterschelde en Grevelingen niet aangetroffen. Op het Noordzeestrand (ook dat van Zeeland) spoelt de soort zo nu en dan aan.
Tijdens deze expeditie van Stichting Duik de Noordzee schoon bezochten de duikers vijftien scheepswrakken. De expeditie vond plaats van 10 tot 18 juni jl. Op drie verschillende locaties werden Zeespriet-kroonslakken waargenomen en onderzocht. De waarneming op het scheepswrak ‘Elatma’ betreft de eerste en enige waarneming van de soort op Nederlands grondgebied. Er zijn geen eerdere waarnemingen of aanspoelsels van de soort in Nederland bekend. De Elatma (Hydro nr. 2811) ligt net ten zuiden van de Bruine Bank. De soort werd gevonden op 15 juni 2016 op Zeespriet, op een diepte van 36 meter. Er werden ook karakteristieke eisnoeren van de kroonslak op de stam van Zeespriet aangetroffen. Die zien eruit als een hoog, plat in een harmonicavorm gevouwen wit lint en bevatten duizenden eieren.
Doto pinnatifida is in 1804 voor de wetenschap beschreven door Montagu. De soort komt algemeen en wijdverspreid voor rond de Britse eilanden en het verspreidingsgebied strekt zich naar het noorden uit tot Scandinavië en naar het zuiden tot het noorden van Spanje. Het is één van de grootste kroonslakken die tot 30 mm lang kan worden. Het meest onderscheidende kenmerk is de aanwezigheid van zwart getipte knobbeltjes aan de zijkanten van het lichaam en op de cerata. Deze knobbeltjes kunnen ook op de rugzijde voorkomen. Een andere kroonslaksoort met deze eigenschap is Doto tuberculata. Deze soort is nog niet eerder in de Nederlandse wateren aangetroffen. Een ander karakteristiek kenmerk voor de Zeespriet-kroonslak is de aanwezigheid van zwarte vlekjes op de randen van de kroonvormige schede van de rhinoforen.
Stichting Duik de Noordzee schoon organiseert enkele expedities per jaar. Wrakduikers bergen zoveel mogelijk verloren visnetten, lood en kunstaas op Noordzeewrakken. Biologen monitoren de biodiversiteit op de wrakken en aan boord op de geborgen netten. Expeditie Zuid 2016, de negende expeditie sinds 2011, stond in het teken van het beschermen van de scheepswrakken in de Zuidelijke Noordzee. Tijdens de expedities van de stichting zijn in totaal 20.000 kg netten en 12.000 kg lood geborgen. En er zijn tientallen voor Nederland nieuwe en zeldzame soorten ontdekt. Tijdens deze expeditie werd ook het zeldzame Goudstipje Cumanotus beaumonti waargenomen. Deze zeenaaktslakkensoort is sinds mei 2010 bekend uit Nederland, maar pas enkele keren waargenomen. De vondst van het Goudstipje tijdens Expeditie Zuid 2016 is meteen ook de eerste waarneming van de betreffende soort op het Nederlandse deel van de Noordzee. De expedities worden mede mogelijk gemaakt door: Stichting Adessium, Wereld Natuur Fonds, Stichting Zabawas, ING Nederland Fonds en Stichting De Noordzee en vrijwilligers van Stichting Duik de Noordzee schoon.
Persbericht Stichting Duik de Noordzee schoon