Grote Nederlandse banken leenden de afgelopen jaren 11,8 miljard euro aan bedrijven die plofkippen en kooivarkens produceren of verkopen. Bovendien beleggen ze nog eens 265 miljoen euro in dergelijke bedrijven. Met name ING, ABN Amro en Rabobank doen veel te weinig om dierenwelzijn in de wereldwijde vee-industrie te helpen verbeteren. Dat blijkt uit het onderzoek ‘Risking Animal Welfare’, dat de Eerlijke Bankwijzer vandaag publiceert.

dierenleed
Banken blijven grootschalig dierenleed financieren met Nederlands spaargeld | Foto: Eerlijke Bankwijzer

Dirk-Jan Verdonk, namens World Animal Protection woordvoerder van de Eerlijke Bankwijzer:

“Banken hebben wel de mond vol van dat dieren vrij moeten zijn van pijn en stress en de ruimte moeten hebben hun natuurlijk gedrag te vertonen, maar de praktijk is dat de bedrijven die ze financieren dieren opeenproppen, dat mutilaties -zoals staartknippen en (onverdoofde) castratie- gangbaar zijn en dat de dieren hun leven slijten in een kale, prikkelarme omgeving, vaak zonder daglicht. We hebben het dan over massaal dierenleed in landen als China, Oekraïne en de Verenigde Staten dat gefinancierd wordt met geld van Nederlandse spaarders.”

De Nederlandse banken financieren hiermee activiteiten, die in Nederland zelf deels verboden zijn.

Om wat voor bedrijven gaat het?

Uit het onderzoek blijkt dat vijf van de tien onderzochte banken financiële relaties hebben met in totaal 20 van de 28 geselecteerde hoog-risico-bedrijven. Het gaat hier om producenten als WH Group – de grootste varkensproducent ter wereld – of plofkipgiganten waaronder Tyson Foods en MHP. Daarnaast gaat het om multinationale bedrijven die dit vlees verkopen. Denk hierbij aan supermarkten als Walmart, Carrefour of Tesco, en fastfoodketens als McDonalds en Burger King.

plofkippen
Plofkippen | Foto: Eerlijke Bankwijzer

Veel geld, weinig verbetering

Voor de periode 2013-2018 gaven grote Nederlandse banken leningen ter waarde van 11,8 miljard euro aan deze bedrijven. De meeste financiering kwam van Rabobank (8,4 miljard), gevolgd door ING (3,3 miljard) en ABN Amro (77 miljoen). Daarnaast is in dit onderzoek gekeken naar beleggingen. ING, ABN Amro en Van Lanschot Kempen bleken in totaal 265 miljoen euro in deze bedrijven te beleggen.

Met hun leningen en beleggingen kunnen banken invloed uitoefenen op bedrijven om dierenwelzijn te verbeteren. Dit gebeurt echter niet of weinig. Rabobank is de enige die heeft aangegeven met één van de hoog-risico-bedrijven in gesprek te zijn gegaan en dierenwelzijn ingebed heeft in een breder engagementkader. Net als Rabobank rapporteert ook ABN Amro dát het klanten aanspreekt op dierenwelzijn, maar dat gebeurt slechts heel sporadisch. Geen van de banken heeft concrete resultaten laten zien van hun gesprekken met bewuste bedrijven.

Ernstige schendingen van dierenwelzijn

De geselecteerde bedrijven zijn betrokken bij grootschalige, vaak ernstige schendingen van het dierenwelzijn. De Eerlijke Bankwijzer – een samenwerkingsverband van Amnesty, Milieudefensie, Oxfam, PAX en World Animal Protection – pleit ervoor dat banken concrete, betekenisvolle minimumnormen hanteren, zoals het uitfaseren van de productie en verkoop van plofkippen, het uitbannen van kooihuisvesting voor leghennen en varkens, het beëindigen van mutilaties en het verschaffen van verrijkingsmateriaal zoals stro.

Het onderzoek is uitgevoerd door onderzoeksbureau Profundo, in opdracht van de Eerlijke Bankwijzer.

Persbericht Eerlijke Bankwijzer