Op 20 april 2010 explodeerde het Deepwater Horizon boorplatform. Het platform bevond zich 80 kilometer uit de kust in meer dan anderhalve kilometer diep water. Elf bemanningsleden kwamen om en het platform zonk twee dagen later. Een falende eruptieafsluiter resulteerde in een bijna drie maanden lange, vrije uitstroom van olie in de Golf van Mexico. De staten Louisiana, Florida, Alabama en Mississippi riepen de noodtoestand uit en president Obama riep de olievervuiling uit tot nationale ramp. Toen de put in het Macondo olieveld op 15 juli 2010 eindelijk werd gedicht, was er meer dan 800 miljoen liter olie in de Golf gestroomd.
Sea Shepherd en Ocean Alliance zenden deze zomer opnieuw een team naar de Golf om de chronische effecten van deze grootste milieuramp uit de Amerikaanse geschiedenis te bestuderen en vast te leggen. Om na te gaan hoe de olie en de chemicaliën, toegepast om de ramp te bestrijden (dispergeermiddelen), zich verspreiden door het ecosysteem van de Golf, moeten we de concentraties van deze stoffen meten in een van de dieren bovenaan het voedselweb. Daarom spitst het campagne onderzoek zich toe op de potvis. Als een top-van-de-voedselketen roofdier fungeert de potvis als een bio-indicator, de kanarie in de kolenmijn, voor de gezondheid en balans van de Golf en het voedselweb aldaar.
Sea Shepherd en Ocean Alliance zijn uitstekend toegerust om dit belangrijke onderzoek te verrichten. Ze werken samen aan boord van het onderzoeksschip Odyssey, Ocean Alliance’s 30 meter lange motorzeiler, dat is voorzien van alle benodigde apparatuur om de walvissen op te sporen en te bestuderen. Op dit moment zijn Sea Shepherd en Ocean Alliance de enige organisaties die lange termijn, toxicologisch onderzoek uitvoeren om het effect te bepalen van de olie en chemicaliën op de walvissen in de Golf.
Operation Toxic Gulf zal de gegevens leveren die nodig zijn om de omvang van de bedreiging voor walvissen en andere zeebewoners te begrijpen en de bewustwording te creëren dat we de vervuiling van de oceanen een halt moeten toeroepen.
Dit is het vijfde jaar sinds de ramp dat Ocean Alliance voor dit onderzoek uitvaart in de Golf van Mexico; het tweede jaar voor Sea Shepherd.
De crisis in de Golf stelt het zeeleven bloot aan drie groepen chemicaliën die zich in hun blubber kunnen ophopen (bioaccumuleren): olie, zware metalen gerelateerd aan de olie en de dispergeerchemicaliën.
Olie:
Omdat de walvispopulaties in de Golf klein zijn, 1000+ potvissen en 30+ Bryde’s walvissen, kan de negatieve impact op de gezondheid en het voortplantingsvermogen van slechts enkele individuen binnen die populaties serieuze gevolgen hebben voor het voortbestaan van de gehele soort in de Golf.
De impact van olie op deze dieren is nog onbekend. Een eerste studie in dit project wijst er op dat polyaromatische koolwaterstoffen uit de olie in de weefsels van walvissen aanwezig zijn. Een vervolgstudie moet uitwijzen in hoeverre de combinatie van olie en chemicaliën, DNA in de cellen van walvissen beschadigd. Na de Exxon Valdez-ramp in Alaska werd in een lokale orkagroep geen enkel jong meer geboren. De zogenaamde AT1s zijn daardoor nu functioneel uitgestorven.
Zware metalen:
Tussen 2002 en 2008 vond “The Voyage of the Odyssey” plaats, een wetenschappelijke expeditie, die de wereld omvoer om verontreinigingen in potvissen te onderzoeken. Men kwam terug met meer dan 900 monsters, die niet alleen het vergelijkingsmateriaal leveren voor het huidige onderzoek, maar ook aantoonden dat de meest schadelijke moleculen aanwezig in potvissen bestaan uit zware metalen; en niet alleen het bekende kwik en lood, maar ook chroom, zilver, aluminium en diverse anderen.
Analyses door het Wise laboratorium, verbonden aan de universiteit van zuid-Maine, toonden aan dat deze metalen DNA beschadigen en zich ophopen in de weefsels van walvissen. Gebruikmakend van deze wereldwijd vergaarde informatie kon dit laboratorium aantonen dat de potvismonsters genomen in de Golf beduidend hogere concentraties bevatten van deze metalen dan die uit andere delen van de wereld. Deze resultaten werden afgelopen februari gepubliceerd in een wetenschappelijk rapport.
Dispergeermiddelen:
Een belangrijke doelstelling van de Golf campagne is om uit te vinden hoe zwaar de Golf potvissen zijn besmet met het chemische product ‘Corexit’ dat door BP werd gebruikt om de olie uit het zicht te zinken. Tenminste 8 miljoen liter van dit dispergeermiddel werd op de olie losgelaten door diepwaterinjectie en door sproeien over de oppervlakte. Dit was de eerste keer dat deze chemicaliën op deze schaal werden toegepast. Het doel ervan was simpel: de olie opbreken in kleine druppels, die door te zinken van de oppervlakte verdwijnen en vervolgens door stromingen naar elders worden vervoerd, uit het zicht, in de hoop dat bacteriën de olie uiteindelijk afbreken.
De mogelijke gevolgen waren ook van af het begin duidelijk: de olie zou langer op open zee blijven; in plaats van drijven aan het oppervak door de hele waterkolom verspreid worden en zo meer zeeleven over een langere periode hieraan blootstellen.
Het Wise laboratorium heeft het eerste wetenschappelijke onderzoek over toxiciteit van chemische dispergeermiddelen in walvissen afgelopen mei gepubliceerd. Het stuk is getiteld: “Chemical dispersants used in the Gulf of Mexico oil crisis are cytotoxic and genotoxic to sperm whale cells”. Als iets ‘cytotoxic’ is, wil dat zeggen dat het lichaamscellen doodt; als het ‘genotoxic’ is, dat de cellen blijven leven, maar hun DNA beschadigd raakt. Beschadigd DNA kan een voorloper voor kanker zijn. Het moge duidelijk zijn dat een stof die zowel ‘cytotoxic’ als ‘genotoxic’ is, slecht nieuws betekent voor de walvissen en andere dieren in de Golf. Zeker wanneer schade optreedt, zoals bij deze stof, bij lage doses.
Het is nu bekent dat ‘Corexit’ de afbraak van koolwaterstoffen in olie door microben verhindert en de vorming van polycyclische aromatische koolwaterstoffen bevordert met hogere toxiciteitniveaus dan door de Amerikaanse gezondheidsdienst en arbeidsinspectie gedefinieerd worden als carcinogene blootstelling.
Omdat het wereldwijd is, vormt vervuiling nu een grotere bedreiging voor walvissen dan harpoenen. Toen het lek eenmaal was gedicht verdween nagenoeg alle pers en daarmee de berichtgeving over de ramp uit de Golf.
De effecten van de Exxon Valdez-ramp worden nu, 25 jaar na dato, nog altijd gevoeld. Om met hun destructieve activiteiten door te kunnen gaan, zijn de vervuilers afhankelijk van jouw en mijn onachtzaamheid.
Sea Shepherd en Ocean Alliance proberen ervoor te zorgen dat de effecten van de Golf ramp niet kunnen worden genegeerd.
Meer informatie over campagne Toxic Gulf lees je op de website van Sea Shepherd. Bijdragen aan de campagne is mogelijk via dit wensenlijstje op webwinkel Amazon.
Erwin Vermeulen is hoofdwerktuigkundige op een schip, fotograaf, vrijwilliger bij Sea Shepherd en woont samen met zijn vriendin Susan, een dove kat, een eenogige kat, een kat met één nier en een dove en blinde hond.
©PiepVandaag.nl
Strijd mee tegen dierenleed!
Related posts
Blog Karen Soeters
Strijd mee tegen dierenleed!
Door (maandelijkse) donateur te worden, bied je een constante stroom van hulp die essentieel is voor redding en verzorging van oorlogsdieren in Oekraïne. Elke bijdrage, groot of klein, eenmalig of periodiek, maakt een verschil. Help je ook mee?