De broedtijd van ringslangen is voorbij en dat betekent dat veel jonge ringslangen het nest verlaten op zoek naar hun eigen plekje. Vele steken de weg over en lopen daarbij gevaar omdat ze het formaat van een regenworm hebben en niet zichtbaar voor automobilisten zijn. Staatsbosbeheer heeft hier echter een geweldige oplossing voor gevonden.

Ringslang
Staatsbosbeheer brengt jonge ringslangen in veiligheid | Foto:  By User Dixi on pl.wikipedia (Own work) [GFDL or CC-BY-SA-3.0], via Wikimedia Commons
Ringslangen zijn een beetje grijsgroen van kleur en goed te herkennen aan de gele ring achter hun kop. Vooral in het Kuinderbos in Flevoland – het grootste en oudste bos van de Noordoostpolder – wemelt het van de ringslangen. Het gaat om zo’n 300 ringslangen per jaar die vaak hun eieren in composthopen leggen. Denk hierbij aan tuinafval en stronken hout die vaak vlak naast de weg gedumpt worden. Dit is een gevaarlijke locatie vanwege het autoverkeer.

Helpende hand voor de ringslang
Volgens boswachter Harco Bergman is het belangrijk dat de ringslang een handje wordt geholpen:

“De slang hoort thuis in onze biodiversiteit. Staatsbosbeheer is er om de dieren te helpen en om te zorgen dat hun leef- en voedselomgeving in orde is.”

Gevaar voor ruim duizend jongen
Staatsbosbeheer verwacht dat er dit jaar ruim duizend jongen in deze composthopen geboren worden. Bergman vertelt over het gevaar dat dreigt voor jonge slangen die uit deze composthopen kruipen:

“Aan het begin van het bos staan borden met “Let op: zonnende slangen”. Dat geldt met name voor volwassen slangen die op de weg liggen. Die kleine slangetjes, formaatje regenworm, die zie je niet en die worden dan heel gemakkelijk geplet door auto’s.”

Staatsbosbeheer bedenkt effectief plan
Staatsbosbeheer heeft effectieve oplossing bedacht om de dieren te helpen. De composthopen zijn met schermen afgezet en binnen de schermen zijn kleine emmertjes in de grond gegraven – een soort valkuil. Bergman:

“De slangetjes worden geboren, trekken vaak richting het licht en vallen dan in zo’n valkuiltje. Dan worden ze door ons eruit gehaald en naar een veilige plek gebracht.”

Deze plek bevindt zich veel dieper in het bos waar geen auto’s in de buurt kunnen komen. Boswachter Bergman deelt enthousiast hoe het voelt om zoveel jonge diertjes te kunnen redden:

“Dit is prachtig, dit is een fantastisch gevoel om deze jonge ringslangen vrij te laten in een heel mooie natuurlijke omgeving waar ze veilig zijn en waar ze hun slangenleven kunnen beginnen.”

Wat te doen als je zelf een ringslang tegenkomt?
Slangen zijn nogal schuw en bang voor mensen en daarom zien we ze in Nederland niet zo vaak. Kom je er wel één tegen en weet je niet wat je moet doen, dan hoef je volgens Bergman niet bang te zijn:

“Ze zijn niet giftig, dus je hoeft er niet bang voor te zijn. Zie je er één, stamp dan een paar keer op de grond en je zult zien dat ze zich onmiddellijk verstoppen in het gras.”

Bron: NOS ©AnimalsToday.nl Rianne Kingma