Zodra de eerste nachtvorst en hagelbuien ons land teisteren, wordt het tijd om extra goed voor de dieren om ons heen te zorgen. Of ze nu in je tuin wonen, of in huis: we hebben de beste overwintertips voor je op een rij gezet. Deel 4: weidedieren.

overwintertips
Overwintertips voor dieren: weidedieren | Foto: bagsgroove/Flickr

Wollige vachtjes
De dikke vacht van paarden en schapen beschermt hen goed tegen de kou. Daarom kun je paarden in de winter ook beter niet te veel borstelen, want daarmee dun je hun wintervacht uit. Is je paard geschoren, dan heeft hij een deken nodig. Ook als het nog niet vriest! Geef paarden en schapen uiteraard altijd een droge ligplek, goed voer en drinkwater (en let erop dat de drinkbak niet bevriest).

Binnen houden
Geiten en ezels kunnen juist helemaal niet goed tegen de Hollandse kou en regen. Hun vacht is namelijk niet waterdicht. Zet ze ’s winters binnen in een droge stal, waar het niet tocht. Voor ezels reken je minimaal 8 vierkante meter per dier, met veel stro op de grond. En vergeet niet dat geiten en ezels echte ontsnappingskunstenaars zijn, dus leg een degelijke omheining aan. Liefst met kleine mazen zodat de hoorns van de geiten er niet in blijven in steken.

Deze dieren moeten wél de benen af en toe even strekken: zorg dus voor een uitloop naar de wei. Geiten hebben de grootste lol met klim- en klautermogelijkheden, voor ezels is het belangrijk dat een deel van de wei bestraat is. Ze krijgen hoefklachten van drassige grond.

Verbod
Wist je dat het officieel verboden is om edelherten, damherten, reeën en wilde zwijnen te voeren? Ze hebben een uitstekende vetreserve voor de winter en hun vacht houdt de kou buiten. Voeren is dus echt niet nodig.

Damherten
Damherten in Zeeland | Foto: ©Vildaphoto Yves Adams

Exotica
Struisvogels, emoes, lama’s en alpaca’s zie je steeds meer in Nederlandse weilanden lopen. De loopvogels hoef je niet extra tegen de kou te beschermen, maar wel tegen de regen. Geef ze dus een afdak om onder te schuilen.

Met hun dikke vacht zijn lama’s en alpaca’s zelfs nog beter tegen de kou bestand dan schapen, maar een droge ligplek is wel belangrijk. Het geeft niet als het gras verdwenen of afgetrapt is, als het maar niet drassig is.

De allerlaatste tip
Bel altijd 144 als je een dier aantreft dat er slecht, mager of ziek uitziet. Hier kun je ook melding maken van dieren die in de nattigheid staan, geen ligplek hebben of die aan het ijs in de drinkbak likken. Dan hebben ze waarschijnlijk dorst.

 Bronnen: Peta, MetroDierenbeschermingLICG ©AnimalsToday.nl Anne Douqué