Het volgende falen van de intensieve dierhouderij diende zich vandaag aan, met het afmaken van 48.000 legkippen in het Groningse Lutjegast vanwege vogelgriep. Waarschijnlijk gaat het om de hoog pathogene variant van het virus, die erg besmettelijk is en gevaarlijk voor de dieren.
Inmiddels zijn er in Nederland alweer bijna 200.000 kippen afgemaakt vanwege de vogelgriep en het ‘vogelgriepseizoen’ 2021-’22 is nog lang niet voorbij. Ook 20.000 eenden vonden inmiddels een vroegtijdige ‘preventieve’ dood, omdat er een besmetting was met het H5-virus. De afmaken van de dieren vindt plaats door de NVWA.
.
Vergassingen om vogelgriep in Zeewolde, Assendelft en Parrega
.
De berichtgeving vanuit de Rijksoverheid is iedere keer hetzelfde type mededeling, ditmaal dat er binnen 3 kilometer rond het besmette bedrijf in Lutjegast geen andere pluimveebedrijven zijn, maar in een straal van 10 kilometer bevinden zich 9 andere pluimveehouders. Deze worden in de gaten gehouden en er geldt het gebruikelijk transportverbod voor pluimvee, eieren, mest en strooisel van deze bedrijven, ook als het gaat om andere dieren dan pluimvee. In heel het land geldt een ophokplicht voor commercieel gehouden pluimvee.
.
107.000 vleeskuikens afgemaakt om vogelgriep in Grootschermer
.
Na de besmettingen van afgelopen week heeft demissionair minister Schouten van LNV de deskundigengroep dierziekten gevraagd om een nieuwe risicobeoordeling en -duiding van de huidige situatie. Tot nu toe wordt het risico op besmetting met de hoog pathogene variant hoog geacht. De nieuwe risicobeoordeling volgt deze week en zou kunnen uitkomen op ‘zeer hoog’. Een aantal besmetting vond plaats door mensen die het virus van de ene pluimveehouder naar de andere verspreidden, maar nog altijd krijgen vooral trekvogels de zwarte piet toegespeeld.
.
Besmettingskans vogelgriep klein, toch 9500 leghennen gedood
.
De aantallen gehouden dieren in de intensieve (pluim)veehouderij zijn dermate hoog dat er bij een dierziekte meteen duizelingwekkende aantallen levende wezens afgemaakt worden. Deze dieren worden echter niet als levende wezens beschouwd maar als schadepost en risicofactor, als dingen die je ‘ruimt‘. Ondertussen vindt er in de intensieve dierhouderij alleen maar schaalvergroting plaats, waardoor de aantallen dode dieren bij ruimingen of stalbranden steeds verder toenemen. Ook het risico op het ontstaan van nieuwe varianten van virussen die een gevaarlijke zoönose kunnen worden neemt enorm toe wanneer dieren met dergelijke aantallen gehouden worden. Het falen van deze bedrijfsvorm is duidelijk, maar zolang mensen vlees en eieren willen eten en melk drinken zal er weinig veranderen. Daarvoor is een omslag nodig waarbij de consument gaat kiezen voor smakelijke, plantaardige alternatieven, die beter zijn voor dieren en milieu.
Bron:
- Rijksoverheid
- Lees ook:
.
©AnimalsToday.nl BVR