3652 wilde paarden zijn doodgeschoten in het Australische Kakadu National Park, een Unesco werelderfgoed gelegen in het Northern Territory. Volgens parkofficials is de massaslachting noodzakelijk om het ‘delicate ecosysteem’ in het gebied te beschermen. Ook buffels, varkens en een aantal ezels vonden de dood dankzij deze ingreep.

wilde paarden
Wilde paarden -brumbies- in Kakadu Park | Foto: Cgoodwin/Wikipedia

De 3652 dode paarden vormen 20 procent van de totale populatie wilde dieren in het gebied. Dit is de grootste ‘cull’ sinds 2009, toen 7000 dieren afgeschoten werden in Kakadu, nadat ze gemarkeerd waren als ongedierte.

Erfgoed
Een groot deel van het gebied staat sinds 1992 te boek als Unesco Werelderfgoed, en zou derhalve volledige bescherming moeten genieten. Het land wordt al vele tienduizenden jaren bewoond door  twee aboriginal stammen, de Bininj en Mungguy.

Parkmanager Pete Cotsell zegt dat het doden van de paarden noodzakelijk was om de natuur te beschermen:

“Er is een groeiende interesse ontstaan om de aantallen dieren terug te brengen, omdat ze zich alarmerend snel uitbreiden, zoals uit onderzoek van vorig jaar is gebleken.”

Met het verwijderen van grote grazers en andere zoogdieren kunnen planten bij rivierbeddingen weer regenereren, net als bronnen en waterlopen, waardoor er voedsel bijkomt voor andere diersoorten en waterleven meer kans krijgt, aldus Cotsell.

wilde paarden
Waterbuffels in de wetlands | Foto: Imagegallery Tourism NT/Wikipedia

Jacht
De paarden zijn door ‘uiterst capabele’ parkrangers vanuit helikopters doodgeschoten, hoofdzakelijk langs de loop van de Mary rivier. Cotsell:

“Het zal leiden tot een toenamen van het aantal vogels in Kakadu, en dat er meer te jagen en te vissen is voor de Bininj en Mungguy.”

Tijdens de 24 dagen durende jachtpartij kwamen ook 1.965 buffels, 294 varkens en een aantal ezels om het leven. Allen gemarkeerd als ‘ongedierte’.

Bron: Express ©Animals Today Bart van Riel